Beschrijving apparaat
Controleer bij het uitpakken de inhoud van de verpak-
king op ontbrekende toebehoren, of beschadigingen.
Neem bij transportschades contact op met uw leveran-
cier.
Afbeeldingen zie uitklapbaar blad!
1
Filterafdekking voor
2
Voorfilter
3
Fijn filter
4
Filterafdekking achter
5
Luchtuitlaat
6
Digitale weergave
7
Bedieningsveld
8
Indicatie luchtkwaliteit
9
Greep filterafdekkingen
10 Afdekking luchtkwaliteitssensor
11 Netaansluiting
12 Bedieningsknop Aan/Uit
13 Bedieningsknop Handmatige modus
14 Bedieningsknop Automatische modus
15 Bedieningsknop Nachtmodus
16 Indicatie voor filter omwisselen
Inbedrijfstelling en bediening
LET OP
Apparaat uitsluitend met voor- en fijnfilters gebruiken.
Eerste ingebruikneming
Afbeelding
Vóór de eerste inbedrijfstelling moeten de reeds in
het apparaat geplaatste fijnfilters worden uitgepakt.
Ingebruikneming
Netkabel op apparaat erin steken.
Netstekker in stopcontact steken.
Alle bedieningsknoppen op het bedieningsveld en
de indicatie voor luchtkwaliteit lichten kortstondig
op en gaan weer uit.
Bedieningsknop Aan/Uit indrukken om het appa-
raat in te schakelen.
Tip
–
Als het apparaat wordt ingeschakeld, meet de ge-
entegreerde luchtkwaliteitssensor automatisch de
luchtkwaliteit in de ruimte.
–
Gewenste modus instellen door de desbetreffende
bedieningsknop op het bedieningsveld in te druk-
ken.
Bedieningsveld
Automatische modus
Als de automatische modus is geactiveerd, selecteert
het apparaat de juiste snelheid van de blazer voor de
gemeten luchtkwaliteit.
Bedieningsknop Aan/Uit indrukken om het appa-
raat in te schakelen.
Bedieningsknop Automatische modus indrukken.
De desbetreffende toets gaat branden.
Tip
–
De geïntegreerde luchtkwaliteitssensor meet de
luchtkwaliteit en selecteert automatisch de juiste
snelheid om voor optimale luchtkwaliteit in de ruim-
te te zorgen.
–
Zodra de lucht schoon is, schakelt het apparaat om
naar een lagere ventilatorsnelheid.
Handmatige modus
Als de Handmatige Modus is geactiveerd, kunt u de
ventilatorsnelheid met de hand instellen.
Bedieningsknop Aan/Uit indrukken om het appa-
raat in te schakelen.
Bedieningsknop Handmatige modus indrukken.
De desbetreffende toets gaat branden.
Tip
–
Door deze knop meerdere keren in te drukken kan
de ventilatorsnelheid op drie niveaus worden inge-
steld.
Weergave
Eén ventilatorblad
Twee ventilatorbladen middelhard
Drie ventilatorbladen
Nachtmodus
Als de nachtmodus wordt geactiveerd, worden de be-
dieningsveld- en weergave-elementen uitgeschakeld.
Het apparaat blijft werken en de ventilatorsnelheid
schakelt naar de laagste stand.
Door het bedieningsveld aan te raken wordt de verlich-
ting van het apparaat weer geactiveerd.
Bedieningsknop Aan/Uit indrukken om het appa-
raat in te schakelen.
Bedieningsknop Nachtmodus indrukken.
De desbetreffende toets gaat branden.
Bedieningsveld- en weergave-elementen worden
vertraagd uitgeschakeld.
Indicatie luchtkwaliteit
Bedieningsknop Aan/Uit indrukken om het appa-
raat in te schakelen.
Indicatie luchtkwaliteit brandt:
Blauw: Zeer goede luchtkwaliteit (PM2.5 kleiner dan
60 µg/m
)
3
Geel: Middelmatige luchtkwaliteit (PM2.5 tussen 60 en
160 µg/m
)
3
Rood: Slechte luchtkwaliteit (PM2.5 groter dan 160 µg/
m
)
3
Digitale weergave
–
Geeft de actuele waarde van het fijnstofgehalte
(PM 2,5) weer.
–
Geeft de resterende looptijd van het filter in procen-
ten weer.
Indicatie voor filtervervanging
Als de indicatie voor filtervervanging gaat branden:
zie Onderhoud.
Tip
–
Als de resterende looptijd van het filter minder is
dan 72 uur, knippert de indicatie voor filtervervan-
ging tweemaal per seconde.
–
Als de levensduur van het filter is verstreken,
brandt de indicatie voor filtervervanging perma-
nent. Het apparaat blijft werken.
–
Om de indicatie voor filtervervanging na de filter-
vervanging te resetten, moet u deze gedurende 5
seconden in de stand-bymodus indrukken.
– 7
NL
Ventilatorsnelheid
gering
hoog
27