4-4. ZELF-BLOEDDRUKMETING
- MAM (Gemiddelde Bloeddruk): De MAM-technologie maakt het mogelijk om drie herhaal-
de metingen automatisch uit te voeren op korte tijd. Herhaling is essentieel bij het meten
van uw bloeddruk, omdat individuele metingen vaak verkeerd zijn om vele redenen, waar-
onder de hoge variabiliteit van de bloeddruk en hoge gevoeligheid voor factoren zoals:
recente inspanning, stress... en zelfs ademhaling. 3 opeenvolgende metingen uitvoeren
en het gemiddelde berekenen kan de meetnauwkeurigheid thuis door een niet-professi-
onal verbeteren. Deze gebruikswijze wordt speciaal aanbevolen door de Société Française
d'Hypertension Artérielle (SFHTA).
- De regel van 3: 3 metingen aanbevolen tijdens het zitten, in rust, 3 dagen achter na el-
kaar: 's ochtends voor het nemen van de medicatie, 3 opeenvolgende metingen (MAM);
's avonds na het nemen van de medicatie, 3 opeenvolgende metingen (MAM). Een enkele
meting is niet per se significant, met name op het gebied van controle van de bloeddruk.
- Zelf-bloeddrukmeting: De opvolgingsdoelstellingen, voor een hypertensieve persoon, bij
zelf-meting thuis, zijn verschillend van die van de WGO (Wereldgezondheidsorganisatie,
die de hypertensiegraad bepaalt) en lager. Deze doelstellingen zijn gebaseerd op leeftijd
en kunnen variëren afhankelijk van uw staat van gezondheid.
Algemeen geval: ASD* < 135 mmHg en ADT* < 85 mmHg
Leeftijd > 80 jaar: ASD* < 150 mmHg
Chronisch nierfalen: ASD* < 130 mmHg en ADT* < 80 mmHg
* ASD: Arteriële systolische druk - ASD: Arteriële diastolische druk
De bovenstaande cijfers zijn ter informatie en algemeen, zij moeten elk opnieuw worden gevalideerd
met de arts. Het is belangrijk om uw doelstellingen te controleren, met name in geval van ernstige
ziekte of zwangerschap.
4-5. MEETMETHODES
Zie schema B op pagina 2
Geen metingen bovenop kleding. Verwijder alle sieraden op de meetarm voor gebruik (horloge, ring,
armband...).
- Houd uw telefoon of tablet met de BewellConnect® applicatie geïnstalleerd bij de hand.
- Met de palm van de linkerhand omhoog, haal de armband aan, zodat het beeldscherm
gericht is naar het gezicht in de leesrichting.
- De armband moet op een of twee centimeter van de handpalm zijn.
- Wikkel de band comfortabel rond de pols, de beide randen van de armband moeten wor-
den vastgemaakt ter hoogte van de pols en de onderarm.
- Wanneer de band goed geplaatst is, houd het op zijn plaats door het lipje stevig te drukken
tegen de velcroband.
- Druk op de ON/START-knop om de bloeddrukmeter aan te zetten. Het blauwe LED-lampje licht op.
- Plaats de arm op de tafel, met de handpalm naar boven, zodat de bloeddrukmeter ter
hoogte van het hart is.
BewellConnect - BW-BW1 - User Manual - 082015
31