Aanwijzing
Afvoerstroom bij saunaverwarmingsto-
estellen
Bij de installatie dient DIN VDE 0100 deel 703
in acht genomen te worden!
Deze norm legt de volgende verklaring af in
uw nieuwste uitgaven,sinds Februari 2006,
paragraaf 703.412.05 geldig; Citaat:
Extra moet voor alle elektrische kringen van
de Sauna door één of meerdere de bescher-
mingsapparaat van de foutenstroom (RCDs)
met een stroom van het berekeningsverschil
niet meer grotendeels worden gepland dan
30 mA, die van het worden uitgesloten Sau-
naverwarmend zijn.
De EN 60335-1 DIN VDE 0700 deel 1 van ja-
nuari 2001 zegt in alinea 13 het volgende;
citaat:
De lekstroom mag bij bedrijfsstemperatuur
de volgende waarden niet overschrijden:
- bij vaste verwarmingsapparaten met beveili-
gingsklasse 10,75 mA; of 0,75 mA per kW ver-
mogen van het toestel, al naargelang de hoogs-
te waarde, met een maximale waarde van 5mA
Wordt er toch een
installatie (FI-beveiligingsschakelaar) inge-
bouwd, dan is het van belang dat er geen
andere elektrische apparaten via deze FI-be-
veiligingsschakelaar beveiligd worden.
Bij de huidige stand van de techniek kunnen
er nog geen verwarmingselementen voor
saunaovens geproduceerd worden die aan
de uiteinden geen vocht aan de omgevings-
lucht onttrekken. Daardoor kan bij opwarmen
korte tijd verhoogde lekstroom optreden.
Als bij inbedrijfsname de Fl-veiligheidsscha-
kelaar uitgeschakeld wordt, dan moet de elek-
trische installatie nogmaals gecontroleerd
worden. Het is echter ook mogelijk dat de
magnesiomoxidevulling in de verwarmings-
staven tijdens opslag of transport vochtig is
geworden en dat dat bij opwarmen leidt tot
het uitschakelen van de FI-schakelaar. Dit is
een natuurlijk proces en geen fout van de fa-
brikant.
lekstroombeveiligings-
In dit geval moet de oven door een vakman
onder toezicht opgewarmd worden waarbij de
beveiligingskabel niet bevestigd is. Nadat het
vocht na 10 min. uit de staven verdwenen is,
moet de oven weer met de beveiligingskabel
verbonden worden! Wordt de sauna langere
tijd niet gebruikt, dan bevelen wij aan om ca.
elke 6 weken op te warmen zodat de verwar-
mingsstaven niet vochtig worden.
De technisch installateur is verantwoordelijk
voor aansluiting van de oven volgens de voor-
schriften en daardoor is aansprakelijkheid van
de fabrikant uitgesloten.
NL
41