Teka P21310R04 Mode D'emploi page 92

NL
HET APPARAAT INSCHAKELEN
1 Voer de knop (2) in de operationele
behuizing (zie afbeelding 3).
2 Raak de On touch toets
gedurende minimum één seconde
aan. De aanraakbediening wordt
ingeschakeld en is zichtbaar en
de externe ring licht op. Als een
van de kookplaten warm is, zal
de stroomindicator (4) een H
weergeven.
Afb. 2 3
Als u niets doet binnen de 10 seconden
schakelt de aanraakgevoelige
bediening automatisch uit.
Als de aanraakgevoelige bediening
ingeschakeld is, kunt u ze altijd
uitschakelen door de aanraaktoets
(1) aan te raken, zelfs als de toets
vergrendeld is (vergrendelingsfunctie
ingeschakeld). De aanraaktoets
(1) krijgt altijd prioriteit om de
aanraakgevoelige bediening uit te
schakelen.
92
U kunt de knop (2) op
elk moment verwijderen uit de
behuizing. Deze actie is nuttig
als veiligheidsmaatregel om
ongewenste behandelingen door
(1)
kinderen te vermijden.
In de behuizing van de knop
is een sensor (12) beschikbaar die
u de mogelijkheid biedt de knop
uit te schakelen als de knop niet in
positie staat.
PLATEN ACTIVERING
Zodra de Aanraakgevoelige bediening
wordt ingeschakeld met sensor
kan elke plaat worden ingeschakeld
door deze stappen te volgen:
1 U moet de gewenste kookzone door
de zone selectiesensor in te drukken
(3). De geselecteerde zone wordt
aangegeven door het knipperen
van het overeenstemmende
punt van de zone-indicator (3).
Draai de knop naar links of naar
rechts om het stroomniveau
in te stellen tussen 0 en 9. De
stroomwaarde wordt weergegeven
o p d e o v e r e e n s t e m m e n d e
stroomindicator (4).
2 Draai aan de knop (2) om een
nieuw kookniveau in te stellen
tussen 0 en 9.
Zolang de plaat geselecteerd is, kan
het stroomniveau worden gewijzigd.
EEN PLAAT UITSCHAKELEN
Als er al een zone geselecteerd is,
draait u aan de knop (2) naar links
tot het niveau 0 bereikt wordt. De
kookplaat schakelt uit.
Wanneer u een zone uitschakelt,
verschijnt H op de stroomindicator (4).
Dit betekent dat het glazen oppervlak
een hoge temperatuur heeft bereikt
en dat er brandgevaar bestaat. Als
de temperatuur daalt, schakelt de
stroomindicator (4) uit.
ALLE PLATEN UITSCHAKELEN
Alle platen kunnen gelijktijdig worden
uitgeschakeld met de algemene
(1)
aan/uit-sensor
indicatoren (4) schakelen uit. Als de
uitgeschakelde kookzone warm is,
geeft de stroomindicator (4) H weer.
Pandetectie
Inductie kookplaten hebben een
ingebouwde pan detectie. De plaat
zal dus uitschakelen als er geen
pan aanwezig is of als de pan niet
geschikt is.
De stroomindicator (4) geven een
symbool weer om aan te geven dat
"er geen pan aanwezig is"
met de plaat ingeschakeld, geen pan
wordt gedetecteerd of als de pan niet
geschikt is
Als een pan van de kookplaat wordt
gehaald terwijl de plaat ingeschakeld
is, zal de plaat automatisch geen
energie meer ontvangen en het
symbool voor "er is geen pan"
verschijnt. Als er opnieuw een pan
Afb. 2
(1). Alle plaat-
als er,