5. Bediening
5.1. Zenderkeuze
U kunt een zender selecteren door op een van de toetsen P +/- op de afstandsbediening of P/CH
+/- op het apparaat te drukken of door de zender rechtstreeks via een cijfertoets te selecteren.
Voer getallen van twee of drie cijfers in door de cijfertoetsen in de betreffende volgorde in te drukken.
Met de toets SWAP
5.2. Geluidsinstellingen
Met de volumetoetsen
der of zachter.
U kunt het geluid helemaal uitschakelen en opnieuw inschakelen met de toets
kelen).
Met de toets LANG wordt de huidige audiotaal weergegeven.
5.3. Beeldinstellingen
Met de toets P R E S E T selecteert u een van de beeldmodi: NATUURLIJK, CINEMA, SPEL,
SPORT, DYNAMISCH.
AUTO: Het weergegeven formaat wordt automatisch ingesteld op het ingangssignaal.
VOLBEELD: voor de pixelnauwkeurige weergave van het
beeld (1:1).
16:9: hier kan de linker- en rechterkant van een normaal
beeld (beeldverhouding 4:3) gelijkmatig worden uitgerekt
om het tv-scherm in de breedte te vullen.
ONDERTITELS: met deze functie wordt tot op volle
schermgrootte ingezoomd op een breed beeld (beeldver-
houding 16:9) met ondertiteling.
14:9: met deze functie wordt tot aan de boven- of on-
dergrens van het scherm ingezoomd op een breed beeld
(beeldverhouding 14:9).
14:9 ZOOM: met deze optie stelt u de beeldverhouding
14:9 in.
4:3: deze functie wordt gebruikt voor de weergave van
een normaal beeld (beeldverhouding 4:3), omdat dit het
oorspronkelijke formaat is.
CINEMA: met deze functie wordt tot op volle scherm-
grootte ingezoomd op een breed beeld (beeldverhouding
16:9).
wisselt u tussen de huidige en laatst geactiveerde zender.
op de afstandsbediening of op het apparaat zet u het geluid har-
(Geluid uitscha-
SUBTITLE
SUBTITLE
NL
15