Opmerking
Houd de kabel tussen de antenne en de ontvanger zo kort
mogelijk.
Houd tussen antenne en zender een minimale afstand van
5 meter aan.
Laat tussen de antenne en metalen voorwerpen (ook
wanden
van
tussenruimte van 50 cm.
Houd tussen de antennes een minimale afstand van 1
meter aan.
Richt de hoofdstraalrichting van de antenne op de
zenders.
Richt de antennes voor een optimale ontvangst altijd
verticaal uit.
Geschikte kabeltypen en bijpassende
versterkerinstellingen
Afhankelijk van de lengte van de kabel moet u de
versterkerinstelling
aanpassen (zie afbeelding pagina 2).
Versterkerinstelling voor kabeltype RG 58 / GZL 1019
b
5 dB 10 dB 15 dB
Versterkerinstelling voor kabeltype RG 213 / GZL5000
b
5 dB
10 dB
Versterkerinstelling voor bijzonder dempingsarme 1/2"-kabel
b
5 dB
0
10
20
30
0
30
60
90
120 150
Kabellengte (m/ft)
gewapend
beton)
met
behulp
15 dB
10 dB
40
50
60
70
80
180 210 240 270 300 130 360
een
minimale
van
de
schakelaar
15 dB
90
100
110
m
ft
3