Innenbeleuchtung
Die Innenbeleuchtungslampe im Kühlabteil ist durch
folgende Arbeitsschritte zugänglich:
•
Lösen Sie die Befestigungsschraube der
Lampenabdeckung.
•
Heben Sie den beweglichen Teil ab, indem Sie
wie in der Abbildung gezeigt darauf drücken.
Sollte sich die Beleuchtung beim Öffnen
der Türe nicht einschalten, ist zu überprüfen, ob
die Glühbirne fest eingeschraubt ist; wenn die
Störung dennoch bestehen bleibt, die defekte
Glühbirne durch eine neue Birne gleicher
Leistung ersetzen.
Die maximale Leistung ist am Leuchtkörper
angegeben.
Abtauen
Die sich auf dem Verdampfer des Kühlschrankes
bildende Reifschicht taut jedesmal in den Stillstand-
zeiten des Motorkompressors von selbst ab. Das
Tauwasser läuft durch eine Rinne in eine Plastik-
schale auf der Rückseite des Gerätes (über dem
Kompressor) und verdunstet dort.
Wir empfehlen, das in der Mitte der
Abtauwasserrinne des Kühlraumes befindliche
Ablaufloch für das Abtauwasser regelmäßig zu
reinigen, um zu vermeiden, daß das
Abtauwasser auf die eingelagerten Lebensmittel
tropft. Verwenden Sie den dafür vorgesehenen
Reiniger,der sich schon im Ablaufloch befindet.
Die sich im Gefrierfach bildende Reifschicht soll,
sobald diese eine Stärke von 4 mm erreicht hat, mit
einem Plastikschaber abgekratzt werden. Während
dieses Vorganges ist es nicht nötig, das Gerät
auszuschalten und die Nahrungsmittel
herauszunehmen.
Wenn sich jedoch eine dicke Eisschicht bildet, muß
man vollkommen abtauen.
Um ein vollständiges Abtauen durchzuführen, geht
man wie folgt vor:
1. Den Thermostatknopf auf «O» einstellen oder
den Stecker aus der Steckdose herausziehen.
2. Die eventuell im Frosterfach liegenden
Lebensmittel herausnehmen, sie in
Zeitungspapier einwickeln und sehr kühl
aufbewahren.
3. Die Tür offen lassen und ein Gefäß auf die
Ablage legen. Stöpsel dea Abtauchloch
herausziehen, sodass das Abtauwasser in ein
geeignetes, darunter gestelltes Gefäss fliessen
kann.
8
D411
D037
PR151
onderste rek van het koelkast vak onder het
afvoergaatje, haal de dop van de afvoer (zie
figuur.
4.
droog na het ontdooien het vriesvak zorgvul-
dig en sluit het gaatje weer af met de dop
5. draai de thermostaatknop in de gewenste stand
of steek de steker weer in het stopkontakt.
6. Na twee of drie uur kunt u de diepvriesprodukten
weer terugplaatsen.
STORING
Indien het apparaat niet of niet goed funkioneert,
kontroleer dan:
•
of de steker goed in het stopkontakt zit;
•
of de elektriciteit soms uitgevallen is;
•
of de thermostaatknop op de juiste stand staat;
•
en indien er water op de bodem van de koeler
ligt, of het afvoerkanaaltje soms verstopt is (zie
hoofdstuk "Het ontdooien").
INSTALLATIE
Plaats van opstelling
Plaats het apparaat uit de buurt van
warmtebronnen: centrale verwarming, kachels, felle
zonnestralen enz. Zie voor inbouw de betreffende
aanwijzingen.
Elektrische aansluiting
Overtuig u ervan dat de netspanning en de
netfrekwentie, welke op het typeplaatje in de kast
staan aangegeven, overeenkomen met de netspan-
ning en de netfrekwentie in uw woning. Een
afwijking op de netspanning tot plus of minus 6% is
toegestaan. Bij aansluiting op een andere spanning
dient u een geschikte transformator te gebruiken.
De steker mag alleen geplaatst worden in een
geaard stopkontakt. De kast is daarom voorzien van
een speciaal drie-aderig snoer, geschikt voor een
geaard stopkontakt. Mocht het stopkontakt in uw
woning niet geaard zijn, dan dient een erkend
installateur het apparaat volgens de geldende
normen te aarden.
Belangrijk:
Gebruik voor het verwijderen van de rijp nooit
metalen voorwerpen; u zou uw koelkast kunnen
;
beschadigen.
Geen voorwerpen of metodes gebruiken om het
ontdooiproces te versnellen die niet door de
fabrikant zijn aangegeven.
Temperatuurstijging van diepvriesprodukten kan
hun houdbaarheidsduur verkorten.
Kunt u de storing niet zelf lokaliseren en
verhelpen,raadpleeg dan de dichtsbijzijnde
servicedienst.
Geef daarbij altijd het model en het typenummer
van de kast op. Deze gegevens vindt u op het
garantiebewijs of op het typeplaatje dat zich
linksonder aan de binnenzijde van het apparaat
bevindt.
Wij wijzen u er op dat schade of letsel,
veroorzaakt door het niet voldoen aan dit
veiligheidsvoorschrift, niet onder de
verantwoordelijkheid van de fabrikant valt.
Dit apparaat voldoet aan de volgende EG-
richtlijnen:
- 87/308 EG-richtlijn van 2.6.87 met betrekking
tot de radio-ontstoring.
- 73/23 EG-richtlijn van 19/02/73 (Laagspanning)
en opeenvolgende wijzingen;
- 89/336 EG-richtlijn van 03/05/89
(Elektromagnetische compatibiliteit) en
opeenvolgende wijzingen.
Belangrijk:Het apparaat moet van het
elektriciteitsnet afgehaald kunnen worden; de
stekker moet dus ook na de installatie bereikbaar
blijven.
33