4. Technische gegevens
Nominale spanning / frequentie ...........................
.................................................220-240 V~ 50 Hz
Opgenomen vermogen ........................ 1000 watt
Capaciteit max. .....................................6500 l/uur
Opvoerhoogte max. ..................................... 45 m
Dompeldiepte max. ...................................... 19 m
Watertemperatuur max. .............................. 35 °C
Slangkoppeling ................... ca. 42 mm (11/4") IG
Vreemde voorwerpen max.: .............helder water
Bescherming type: .......................................IPX8
Netkabel ...................................................... 22 m
5. Vóór inbedrijfstelling
Controleer of de gegevens vermeld op het ken-
plaatje overeenkomen met de gegevens van
het stroomnet alvorens het gereedschap aan te
sluiten.
5.1 De installatie
De installatie van het toestel gebeurt ofwel:
•
Stationair met een vaste buisleiding
of
•
stationair met een flexibele slangleiding
•
Drukslang of -buis met gepaste aansluiting
aansluiten op de drukaansluiting (1).
•
Bevestigingskabel (4) vastbinden op het
ophangoog (fig. 1, pos. 2).
Aanwijzing:
Ga na of er mogelijk speciale voorwaarden voor
de installatie zijn voordat u de pomp in gebruik
gaat nemen. Wanneer b.v. door stroomonderbre-
king, vervuiling of defecte afdichting materiële
schade kan worden berokkend, dienen bijkomen-
de veiligheidsmaatregelen te worden geïnstalle-
erd.
Deze veiligheidsmaatregelen zijn bijvoorbeeld:
parallel draaiende pompen op een door een apar-
te zekering beveiligde stroomkring, vochtigheids-
sensoren voor de uitschakeling en soortgelijke
veiligheidsinrichtingen. Als u niet zeker bent laat
u in ieder geval adviseren door een vakman voor
sanitaire installaties.
Wij raden aan om bij het gebruik van starre buis-
leidingen de netaansluitleiding met kabelbinders,
op een afstand van ca. 3 m, aan de drukleiding te
bevestigen.
Anl_PE_TP_1000_N_SPK7.indb 32
Anl_PE_TP_1000_N_SPK7.indb 32
NL
Installeer de pomp zo, dat de onderkant zich
minstens 20 cm boven de bodem bevindt, om te
vermijden dat zand, modder enz. wordt aangezo-
gen in de pomp.
Bij de installatie moet u ervoor zorgen, dat het
apparaat nooit aan de drukleiding of aan de stro-
omkabel vrij hangend mag worden gemonteerd.
Het apparaat moet worden opgehangen aan de
daartoe voorziene ophangogen.
De pompschacht moet groot genoeg zijn.
5.2. Netaansluiting
Gevaar!
Het door u aangekochte toestel is reeds voorzien
van een veiligheidsstekker. Het toestel is bedoeld
om op een veiligheidsstopcontact met 220-240 V
wisselstroom 50 Hz te worden aangesloten. Ver-
gewis u er zich van dat het stopcontact voldoende
beveiligd is (minstens zekering van 6 A) en hele-
maal in orde is. Steek de netstekker het stopcon-
tact in: het toestel is meteen bedrijfsklaar.
Gevaar!
Deze werkzaamheid dient enkel door een gekwa-
lifi ceerde elektricien of door de klantendienst te
worden uitgevoerd zodat niemand in gevaar kan
worden gebracht.
6. Bediening
Als u de installatie- en gebruiksinstructies
nauwkeurig hebt gelezen kan u het toestel in ge-
bruik nemen mits inachtneming van het volgende:
•
Controleer of de drukleiding naar behoren is
aangebracht.
•
Vergewis u zich ervan dat het toestel op
220-240 V~ 50 Hz is aangesloten.
•
Controleer of het elektrische stopcontact in
een behoorlijke staat verkeert.
•
Controleer of ervoor gezorgd is dat nooit
vocht of water bij de netaansluiting terecht
kan komen.
•
Pomp aan de bevestigingskabel neerlaten in
de put of schacht.
•
Gelieve erop te letten dat de pomp compleet
onder water is en ca. 20 cm boven de bodem.
•
Vermijd het drooglopen van het toestel.
•
Om het apparaat uit te schakelen verwijdert u
de netstekker uit het stopcontact.
- 32 -
27.11.2017 10:48:48
27.11.2017 10:48:48