6
SNELHEID
Druk op "SNELHEID" om de werkingssnelheid van de ventilator in te stellen op "Hoge
snelheid" of "Lage snelheid".
7
TIMER (Aan of Uit)
De stekker van het toestel moet in een stopcontact zitten en het toestel moet van
voeding voorzien worden.
Druk, wanneer het apparaat UIT-geschakeld is op het bedieningspaneel (het display
en alle LED's zullen UIT zijn), herhaaldelijk op de toets TIMER om het aantal uren
(1H/2H/4H/8H) te selecteren die zullen voorbijgaan vooraleer het toestel wordt AAN-
geschakeld.
Om het toestel UIT te schakelen:
Druk, wanneer het apparaat AAN-geschakeld is op het bedieningspaneel,
herhaaldelijk op de toets TIMER om het aantal uren (1H/2H/4H/8H) te selecteren die
zullen voorbijgaan vooraleer het toestel wordt UIT-geschakeld.
8
INDICATIELICHTBALK
(1) Wanneer de machine in werking is zal het blauwe lampje branden.
(2) Wanneer de watertank vol is zal het oranje lampje en het indicatielampje tank
"Vol" branden
9
NACHTMODUS
Wanneer het apparaat in werking is en de lichtknop tegelijkertijd ingedrukt wordt
biept de buzzer een maal. Het digitale display, LED licht en blauwe decoratie licht
zijn uit maar het power licht is aan. (Opmerking: het child lock licht is aan als het
apparaat in de child lock modus is.) Wanneer er opnieuw op de lichtknop gedrukt
wordt biept de buzzer een maal. Het digitale display werkt normaal, desbetreffende
modus of functie lichten werken normaal.
WATERTANK VOL
Wanneer de watertank vol is zal het toestel automatisch uitschakelen en een zoemer
zal 10 maal hoorbaar zijn. Het indicatielampje "aan" en "tank vol" zal branden. Het
ontvochtigingsproces zal enkel opnieuw starten als de condensaattank leeg werd
gemaakt en opnieuw geplaatst is. Zodra deze opnieuw correct geplaatst is zal de LED
doven. Probeer het vlottermechanisme NIET aan te passen of te verwijderen; dit zou
kunnen leiden tot het overlopen van de tank.
GEHEUGENFUNCTIE
1
Wanneer de eenheid uitgeschakeld is en in stand-by staat zal het toestel de laatste
instelling herinneren wanneer het terug aangeschakeld wordt.
2
In geval van een stroomonderbreking zal het toestel automatisch terug aanschakelen
met de instellingen die geselecteerd werden voorafgaand aan de stroomonderbreking.
3
Wanneer gebruikers de functies "kinderslot" en "timer" instellen zal het toestel
uitschakelen wanneer de tijd verstreken is maar de kinderslotfunctie zal pas
uitgeschakeld worden wanneer het toestel opnieuw start.
1
126