b
ELaNgRIjK
Lees alle aanwijzingen voor de werking en het onderhoud, de adviezen
voor de veiligheid en de waarschuwingen in de handleiding aandachtig.
Het merendeel van de ongelukken bij gebruik van de compressor is te wi-
jten aan het niet respecteren van de elementaire veiligheidsvoorschriften.
Als men tijdig de mogelijk gevaarlijke situaties identificeert en de juiste
veiligheidsvoorschriften in acht neemt, vermijdt men ongelukken. Gebruik
de compressor alleen zoals is aanbevolen door de fabrikant.
v
1. DE BEWEGENDE DELEN NIET AANRAKEN
Nooit uw handen, vingers of andere lichaamsdelen dichtbij de bewe-
gende delen van de compressor brengen.
2. NOOIT DE COMPRESSOR GEBRUIKEN ZONDER DAT DE BE-
SCHERMINGEN GEMONTEERD ZIJN
Nooit de compressor gebruiken zonder dat alle beschermingen per-
fect op de juiste plaats gemonteerd zijn (vb. stroomlijnkappen, ketting-
beschermer, veiligheidsklep) als het voor onderhoud of werking nodig is
deze beschermingen te verwijderen, u ervan vergewissen, alvorens de
compressor opnieuw te gebruiken, dat de beschermingen goed vastzitten
op hun originele plaats.
3. ALTIJD EEN BESCHERMINGSBRIL GEBRUIKEN Altijd een ber-
schermingsbril of gelijkwaardige beschermingen gebruiken voor de ogen.
De samengeperste lucht op geen enkel deel van uw eigen lichaam of dat
van een ander richten.
4. BESCHERM UZELF TEGEN ELEKTRISCHE SHOCKS Toevallige
aanrakingen van het lichaam met de metalen delen van compressor zo-
als buizen, tanks of metalen delen verbonden met de aarde, vermijden.
Nooit de compressor gebruiken in aanwezigheid van water of in een
vochtige omgeving.
5. DE COMPRESSOR ONTKOPPELEN De compressor van de elektri-
sche bron ontkoppelen en de tank volledig drukvrij maken alvorens een-
der welk werk, inspectie, onderhoud, schoonmaak vervanging of controle
van elk deel uit te voeren.
6. ONVOORZIEN OPSTARTEN De compressor niet transporteren
terwijl hij verbonden is met de elektrische bron of wanneer de tank onder
druk staat. Zich ervan vergewissen dat de schakelaar van de drukrege-
laar in de OFF stand staat alvorens de compressor met de elektrische
bron te verbinden.
7. DE COMPRESSOR OP AANGEPASTE MANIER OPBERGEN Als
de compressor niet gebruikt wordt moet die in een droog lokaal gepla-
atst worden ver van atmosferische factoren. Uit de buurt van kinderen
houden.
8. WERKPLAATS De werkplaats schoon houden en de zone eventueel
vrij maken van onnodig gereedschap. De werkplaats goed ventileren. De
compressor niet gebruiken in aanwezigheid van ontvlambare vloeistof-
fen of gas. De compressor kan vonken produceren tijdens de werking.
De compressor niet gebruiken in situaties waar zich verfstoffen, benzine,
chemische middelen, kleefstoffen en alle andere brandbare of explosieve
materialen bevinden.
9. UIT DE BUURT VAN KINDEREN HOUDEN Vermijden dat kinderen
of eender welke andere persoon in contact komt met de voedingskabel
van de compressor, alle niet geautoriseerde personen moeten op een
veilige afstand van de werkplaats gehouden worden.
10. WERKKLEDIJ Geen volumineuze kledij of juwelen dragen, deze
zouden kunnen gevangen worden door de bewegende delen. Indien no-
dig een kap dragen die het haar bedekt.
11. GEEN MISBRUIK MAKEN VAN DE VOEDINGSKABEL De stekker
niet los maken door aan de voedingskabel te trekken. De kabel uit de
buurt houden van warmte, olie of van snijdende oppervlakken. Niet op
de elektrische kabel trappen of hem platdrukken met onaangepaste
gewichten.
12. DE COMPRESSOR MET ZORG ONDERHOUDEN De instructies
volgen voor het smeren (niet geldig voor oilless). De voedingskabel regel-
matig controleren en als hij beschadigd is moet hij hersteld of vervangen
worden door een geautoriseerde assistentiedienst. De buitenkant van de
compressor controleren op zichtbare afwijkingen. Zich eventueel wenden
tot de dichtstbijzijnde assistentiedienst.
13. ELEKTRISCHE VERLENGSNOEREN VOOR HET GEBRUIK BU-
ITEN Als de compressor buiten gebruikt wordt enkel elektrische verlen-
gsnoeren gebruiken die geschikt zijn voor gebruik buiten en daarvoor
gemerkt zijn.
14. OPGELET Letten op wat u doet. Gebruik uw gezond verstand Ge-
bruik de compressor niet als u moe bent. De compressor mag nooit ge-
I
NFoRmaTIE
EILIghEID
bruikt worden als u onder invloed bent van alcohol, drugs of medicijnen
die slaperigheid kunnen veroorzaken.
15. DEFECTE DELEN OF LUCHTVERLIES CONTROLEREN Alvo-
rens de compressor opnieuw te gebruiken, als een bescherming of ande-
re delen beschadigd zijn, moeten deze grondig gecontroleerd worden om
vast te stellen of ze kunnen functioneren zoals voorzien in veiligheid. De
uitlijning van de bewegende delen, buizen, manometers, drukreductie-
machines, pneumatische verbindingen en elk ander deel dat belang kan
hebben bij een normale werking controleren. Elk beschadigd deel moet
correct hersteld of vervangen worden door een geautoriseerde assisten-
tiedienst of vervangen zoals aangeduid in het instructieboekje.
DE COMPRESSOR NIET GEBRUIKEN ALS DE DRUGREGELAAR
DEFECT IS.
16. DE COMPRESSOR ENKEL GEBRUIKEN VOOR DE TOEPAS-
SINGEN GESPECIFICEERD IN HET VOLGENDE INSTRUCTIEHAND-
BOEK De compressor is een machine die samengeperste lucht produce-
ert. Nooit de compressor gebruiken voor toepassingen die niet degene
zijn die gespecificeerd worden in het instructieboekje.
17. DE COMPRESSOR CORRECT GEBRUIKEN De compressor
doen werken overeenkomstig de instructies van dit handboek. De com-
pressor niet door kinderen of personen, die niet vertrouwd zijn met de
werking ervan, laten gebruiken.
18. NAGAAN OF ELKE SCHROEF, BOUT EN DEKSEL STEVIG VA-
STGEZET ZIJN Nagaan of elke schroef, bout en plaatje stevig vastgezet
zijn. Regelmatig nagaan dat ze goed aangedraaid zijn.
19. HET OPZUIGROOSTER SCHOON HOUDEN Het ventilatierooster
van de motor schoon houden. Regelmatig dit rooster schoonmaken als
de werkomgeving zeer vuil is.
20. DE COMPRESSOR DOEN WERKEN OP NOMINALE SPANNING
De compressor doen werken op de spanning aangeduid op het plaatje
van de elektrische gegevens. Als de compressor gebruikt wordt op een
spanning hoger dan de nominale, zal de motor sneller draaien en kan de
eenheid beschadigd worden waardoor de motor verbrandt.
21. DE COMPRESSOR NOOIT GEBRUIKEN ALS HIJ DEFECT IS Als
de compressor bij het werken vreemde geluiden of overdreven trillingen
maakt of defect lijkt, moet hij onmiddellijk stilgezet worden en controleert
u de functionaliteit of neemt u contact op met de dichtstbijzijnde geau-
toriseerde assistentiedienst. Oplosmiddelen zoals benzine, verdunners,
diesel of andere middelen die alcohol bevatten kunnen de plastieken de-
len beschadigen, deze produkten niet op de delen in plastiek wrijven.
Eventueel deze delen schoonmaken met een zacht doek met water en
zeep of met aangepaste vloeistoffen.
23. ENKEL ORIGINELE VERVANGSTUKKEN GEBRUIKEN Het ge-
bruik van niet originele vervangstukken doet de garantie vervallen en
veroorzaakt een slechte werking van de compressor. De originele ver-
vangstukken zijn beschikbaar bij de geautoriseerde dealers.
24. DE COMPRESSOR NIET VERANDEREN De compressor niet
veranderen. Een geautoriseerde assistentiedienst raadplegen voor alle
herstellingen. Een niet geautoriseerde verandering kan de prestaties van
de compressor verminderen, maar kan ook de oorzaak zijn van ernstige
ongelukken voor de personen die niet de nodige technische kennis bezit-
ten om de veranderingen uit te voeren.
25. DE DRUKREGELAAR AFZETTEN ALS DE COMPRESSOR NIET
GEBRUIKT WORDT Als de compressor niet gebruikt wordt, de hendel
van de drukregelaar in stand "0" (OFF) zetten, de compressor ontkoppe-
len van de stroom en het kraantje van de lijn openen om de samengeper-
ste lucht uit de tank te laten.
26. DE WARME DELEN VAN DE COMPRESSOR NIET AANRAKEN
Om brandwonden te vermijden, de buizen, de motor en alle andere
warme delen niet aanraken.
27. DE LUCHTSTRAAL NIET RECHTSTREEKS OP HET LICHAAM
RICHTEN Om risico's te vermijden nooit de luchtstraal op personen of
dieren richten.
28. CONDENSWATER VAN DE TANK AFVOEREN Dagelijks of elke
4 werkingsuren de tank ontladen. Het afvoermechanisme openen en de
compressor laten overhellen, indien nodig, om het verzamelde water te
verwijderen.
29. DE COMPRESSOR NIET STILZETTEN DOOR AAN DE VOEDIN-
GSKABEL TE TREKKEN De schakelaar "0/I" (ON/OFF) van de drukre-
gelaar gebruiken om de compressor stil te zetten.
30. PNEUMATISCH CIRCUIT De aangeraden buizen, pneumatisch
gereedschap gebruiken die een druk hoger of gelijk aan de maximum
werkingsdruk van de compressor verdragen.
NL
17