De camera bedienen
Het gebruik van het besturingswiel
• U kunt het besturingswiel draaien of op de boven-/onder-/linker-/
rechterkant van het besturingswiel drukken om het geselecteerde kader te
veranderen. Druk op z in het midden van het besturingswiel om het
geselecteerde onderdeel in te stellen. In deze handleiding wordt het
drukken op de boven-/onder-/linker-/rechterkant van het besturingswiel
aangegeven met v/V/b/B.
• De volgende functies zijn toegewezen aan v/b/B op het besturingswiel.
v DISP
B ISO
/
b
• U kunt een gewenste functie toewijzen aan de knoppen V/b/B/z en aan
de draaistand van het besturingswiel in de opnamefunctie.
• Wanneer u het besturingswiel draait of op b/B op het besturingswiel
drukt in de weergavefunctie, kunt u het vorige of volgende beeld
weergeven.
NL
22
Verandert de aanduidingen op het scherm.
ISO-gevoeligheid
Transportfunctie
• Continue opname/Bracket
• Zelfontspanner