3-2. DE LEIDINGEN AANSLUITEN
1) Breng een dun laagje koelolie (G) aan op de flensuiteinden van de leidingen en de leidingverbindingen van
de buitenunit.
2) Lijn het midden van de leiding uit met het midden van de leidingverbindingen van de buitenunit en draai de
flensmoer 3 à 4 slagen aan met de hand.
3) Draai de flensmoer met een momentsleutel vast zoals voorgeschreven in de tabel.
• Te strak aandraaien kan schade aan de flensmoer veroorzaken met lekkage van koelmiddel tot gevolg.
• Wikkel isolatie om de leidingen. Direct contact met ontblote leidingen kan brandwonden of bevriezing ver-
oorzaken.
3-3. ISOLATIE EN TAPE
1) Bedek de leidingverbindingen met afdekkingen voor leidingen.
2) Isoleer beslist alle leidingen die buiten lopen, inclusief de kranen.
3) Omwikkel de verbindingsleiding met leidingtape (E), te beginnen bij de ingang van de buitenunit.
• Zet het einde van de leidingtape (E) vast met tape (voorzien van plakmiddel).
• Wanneer leidingen boven het plafond, door een kast of via andere warme en vochtige plaatsen komen te
lopen, wikkel er dan extra in de handel verkrijgbare isolatie omheen om condensatie te voorkomen.
4. REINIGINGSPROCEDURES, LEKTESTS EN PROEFDRAAIEN
4-1. REINIGINGSPROCEDURES EN LEKTEST
1) Verwijder de dop van de onderhoudsopening in de afsluitkraan
van de gasleiding aan de buitenunit. (De afsluitkranen zijn in eer-
ste instantie geheel gesloten en met de dop erop.)
2) Sluit het meterverdeelstuk en de vacuümpomp aan op de onder-
houdsopening van de afsluitkraan in de gasleiding aan de buiten-
unit.
3) Start de vacuümpomp. (Trek vacuüm gedurende meer dan 15
minuten.)
4) Controleer het vacuüm met het meterverdeelstuk. Sluit vervol-
gens het meterverdeelstuk en stop de vacuümpomp.
5) Wacht één tot twee minuten. Controleer of de wijzer van het me-
terverdeelstuk in dezelfde stand blijft staan. Controleer of de ma-
nometer inderdaad –0,101 MPa [Meter] (–760 mmHg) aangeeft.
6) Verwijder het meterverdeelstuk snel van de onderhoudsopening
van de afsluitkraan.
7) Open alle afsluitkranen van de gas- en vloeistofleiding volledig.
Als de airconditioner werkt met deels gesloten kranen, functio-
neert hij slechter en ontstaan er problemen.
8) Zie 1-2. en vul indien nodig de voorgeschreven hoeveelheid koel-
middel bij. Vul het vloeibare koelmiddel langzaam bij. Als u dit
niet doet, kan de samenstelling van het koelmiddel in het systeem
veranderen waardoor de airconditioner slechter kan gaan werken.
9) Plaats de dop weer op de onderhoudsopening om de oorspronke-
lijke situatie te herstellen.
10) Lektest
4-2. LADEN VAN GAS
Vul gaas bij in eenheid.
1) Sluit de gascilinder op de onderhoudsopening van de stopklep aan.
2) Ontlucht de leiding (of slang) die van de koelstofcilinder komt.
3) Vul vereiste hoeveelheid koelstof bij terwijl de airconditioner koelt.
Opmerking:
Wanneer u koelvloeistof bijvult, dient u zich te houden aan de hoeveelheid die
voor het specifieke koelcircuit is opgegeven.
VOORZICHTIG:
Maak altijd gebruik van vloeibare koelstof, indien het koelsysteem met extra
koelstof wordt bijgevuld. Het toevoegen van koelstof als gas kan de samenstel-
ling van de koelstof in het system veranderen en de normale werking van de
airconditioner beïnvloeden. Vul langzaam koelmiddel bij, omdat anders de com-
pressor kan blokkeren.
Voor het behouden van een hoge druk van de cilinders, dient u deze bij koude
omstandigheden met warm water (onder 40°C) te verwarmen. Gebruik echter
nooit vuur of stoom.
Du-4
Afsluitkraan
voor GAS
*4 to 5 slagen
*Shuiten
*Openen
Inbussleutel
Dop voor onderhoudsopening
(Aanhaalkoppel 13,7 tot 17,7
N•m, 140 tot 180 kgf•cm)
Voorzorgsmaatregelen
tijdens gebruik regelkraan
Onderhouds-
opening
Regel-
kraan
Openen
Sluiten
A
Behuizing
Koppelstuk
Binnenunit
Koppelstuk
Binnenunit
Koelstofgas-
cilinder bedie-
ningsklep
(voor R410A)
WAARSCHUWING
Als u het apparaat installeert, zet de
koelmiddelleidingen dan stevig vast
voordat u de compressor start.
VOORZICHTIG
Zet de moeren van ongebruikte ope-
ningen goed vast.
Compoundmanometer
–0,101 MPa
(voor R410A)
(–760 mmHg)
Manometer
(voor R410A)
Dop voor afsluitkraan
(Aanhaalkoppel 19,6
Meterverdeelstuk
tot 29,4 N•m, 200 tot
(voor R410A)
300 kgf•cm)
Hendel hoog
Hendel
laag
Afsluitkraan voor
Vulslang
VLOEISTOF
(voor R410A)
Vacuümpomp
(voor R410A)
Wanneer u de regelkraan op de onderhouds-
opening bevestigt, kan de schuifafsluiter van
de regelkraan vervormen of los komen te zit-
ten als er te veel druk op wordt uitgeoefend.
Hierdoor kan er gas gaan lekken.
Wanneer u de regelkraan op de onder-
houdsopening bevestigt, controleer dan
eerst of de schuifafsluiter van de regel-
kraan is gesloten voordat u onderdeel A
vastdraait. Draai onderdeel A niet vast
of draai de behuizing niet om als de
schuifafsluiter geopend is.
Vulslang (voor R410A)
Stopklep
Vloeistofleiding
Gasleiding
Buitenunit
Vloeistofleiding
Gasleiding
Onderhoudsopening
Meter van
spruitstukafsluiter
(voor R410A)
Laadslang (voor R410A)
Koelstofgascilinder voor
R410A, met siphon
Koelstof (vloeibaar)
Elektronische weegschaal
voor bijvullen koelstof