3.2. Spanning meten
- Sluit het zwarte testsnoer (-) aan met de COM aansluiting en het rode (+)
met de VΩ aansluiting.
- Stel het gewenste meetbereik in aan de hand van de functieschakelaar.
(V
voor gelijkspanning of V
voor wisselspanning).
- Verbind de meetsnoeren met de schakeling parallel over de te meten span-
ning.
- De spanning kan nu worden afgelezen op het scherm. Wanneer bij gelijk-
spanning het rode snoer werd verbonden met de negatieve pool, verschijnt
een minteken op het scherm.
- De maximale ingangsspanning is 600VDC of AC. Hogere waarden kunnen de
schakeling beschadigen.
- Bij het meten van hoge spanningen het circuit niet aanraken om elektri-
sche schokken te voorkomen.
3.3.DC Stroom meten
- Sluit het zwarte testsnoer (-) aan met de COM aansluiting en het rode (+)
met de mA aansluiting voor waarden tot 200mA en met de 10A aansluiting
voor waarden tot 10A.
- Stel het gewenste meetbereik in aan de hand van de functieschakelaar.
(A
voor gelijkstroom)
- Verbind de meetsnoeren met de schakeling in serie met de belasting.
- De stroomwaarde kan nu worden afgelezen op het display. Een negatieve
stroom wordt weergegeven door een minteken.
- De maximale stroom is 200mA of 10A, afhankelijk van de gekozen ingangs-
bus. Grotere stroomwaarden zullen de zekering doen springen.
- Wanneer het display geen waarde aangeeft bij het meten, check dan de
zekering.
3.4. Weerstand meten (Ω)
- Sluit het zwarte testsnoer (-) aan met de COM aansluiting en het rode (+)
met VΩ aansluiting.
- Stel het gewenste meetbereik in en verbind de meetsnoeren.
- Wanneer de weerstand hoger is dan 1MΩ kan het enkele seconden duren
vooraleer de meter de waarde gestabiliseerd heeft. Dit is heel normaal bij
een hoge weerstandsmeting.
- Wanneer de weerstand van een open circuit gemeten wordt, zal het dis-
play '1' (overload) weergeven.
- Zorg ervoor dat er bij weerstandsmetingen geen spanning op de schakeling
staat en dat alle capaciteiten volledig ontladen zijn.
www.ohmeron.com
- 3 -