Het apparaat inschakelen
Controleer vooraf of de POWER schakelaar
rechtsonder op het apparaat in de ON positie
staat (pagina 8).
1
Druk op ?/1.
Het apparaat uitschakelen
Druk op ?/1.
Het apparaat schakelt over naar de wachtstand
om het stroomverbruik te besparen.
Opmerking
Verwijder het apparaat uit de houder en koppel de
accuadapter los wanneer u het apparaat niet gebruikt.
Hiermee voorkomt u dat de accu leegloopt.
Het navigeren starten
1
Als u het apparaat hebt ingeschakeld,
raakt u de gewenste taal aan.
Er wordt een waarschuwingsbericht
weergegeven.
2
Lees het waarschuwingsbericht en
raak "Accepteren" aan.
De zelfstudie wordt weergegeven.
3
Raak V aan om verder te gaan.
Het hoofdmenu wordt weergegeven.
12
GPS-signalen ontvangen
Na de installatie parkeert u de auto maximaal 20
minuten op een veilige, open plek (zonder hoge
gebouwen, enzovoort) zodat de GPS-signalen
kunnen worden ontvangen voordat u het
navigatiesysteem gebruikt. Het systeem heeft
signalen van ten minste 3 GPS-satellieten nodig
om de huidige positie van de auto correct te
kunnen berekenen.
U kunt de GPS-status op de schermen
controleren.
Aanduiding voor de sterkte van het GPS-signaal*
* Brandt groen als de signaalontvangst voldoende is
voor de navigatie.
Brandt donkergroen als het signaal is verloren.