F
GB
D
E
INSTELLINGEN
LET OP
Om het asblokkeersysteem niet te beschadigen
moet u altijd eerst wachten tot de motor volledig
stilstaat voordat u de asblokkeerknop indrukt.
Neem het krullenscherm (7) uit de voetplaat (16) van
■
de bovenfreesmachine.
Houd de asblokkeerknop (5) ingedrukt.
■
Leg de bovenfrees op een werkbank om
■
gemakkelijker bij de spanmoer (22) te kunnen komen.
Werk vanaf de voorzijde van de bovenfrees en plaats
de bijgeleverde steeksleutel (19) op de spanmoer;
draai deze linksom los.
WAARSCHUWING
Als u een frees gaat verwijderen die kor t
daarvoor nog voor frezen werd gebruikt, moet u
zorgen dat u de frees en de spantang niet
aanraakt. U zou brandwonden kunnen oplopen
omdat deze onderdelen tijdens het frezen heet
worden. Werk altijd met de bijgeleverde sleutel.
Na de spanmoer te hebben losgedraaid steekt u de
■
frees (21) in de spantang. De gebruikte frees moet
gemakkelijk uit de spantang (24) loskomen als de
spanmoer eenmaal is losgedraaid. Voorbeeld: de
spantang is precies op maat gemaakt voor frezen met
een kolfdiameter van 12,7 mm. Om een frees met
een kolf van 6,35 mm te kunnen gebruiken dient u
eerst de verloopbus (18) van 6,35 mm in de spantang
van 12,7 mm te steken.
Steek de kolf van de frees in de spantang en let er
■
daarbij op dat de kolf 1,6 mm uit de spantang steekt,
zodat hij kan uitzetten als de frees heet wordt.
Zet de spanmoer stevig vast door de bijgeleverde
■
steeksleutel rechtsom te draaien.
Laat de asblokkeerknop los.
■
Zet het krullenscherm weer op zijn plaats.
■
WAARSCHUWING
Als de spanmoer onvoldoende is vastgedraaid,
zou de frees tijdens het gebruik van de
freesmachine los kunnen raken en er nstig
lichamelijk letsel veroorzaken.
WAARSCHUWING
Gebruik geen frezen met te dunne kolven.
Een frees met een te kleine kolfdiameter kan
niet goed worden vastgezet en zou dan
weggeslingerd kunnen worden en er nstig
lichamelijk letsel veroorzaken.
NL
I
P
S
DK
N
FIN
GR
Nederlands
WAARSCHUWING
Gebruik geen frezen waarvan de diameter groter
is dan het gat in de voetplaat van de bovenfrees.
Dergelijke frezen zouden de voetplaat aanraken
tijdens het frezen en dat zou zowel de frees als
de voetplaat beschadigen. Dit type frezen zou u
tevens de macht over de freesmachine kunnen
doen verliezen of zou gevaarlijke situaties doen
ontstaan en ernstig lichamelijk letsel veroorzaken.
FREESDIEPTE (afb. 17 en 18)
Als u een groef wilt frezen die te diep is om in alle veiligheid
in één keer uit te voeren, is het beter om deze bewerking in
meerdere keren uit te voeren. Wij raden u aan om niet
dieper dan 3,2 mm in één keer te frezen en om diepere
groeven in meerdere arbeidsgangen uit te voeren.
De optimale freesdiepte hangt af van meerdere factoren:
het motorvermogen van de bovenfrees, het gebruikte
type frees en het type hout dat bewerkt moet worden.
Met een freesmachine die op een klein vermogen is
ingesteld kunt u niet al te diepe bewerkingen uitvoeren.
Met een freesmachine die op groot vermogen is ingesteld
kunt u in alle veiligheid diepe sneden maken. Voorbeeld:
kleine freesjes, zoals de gleuffreesjes van 1,6 mm in
diameter, zijn bedoeld om een geringe hoeveelheid hout
te verspanen. Met grotere frezen, zoals de rechte
groeffrezen, kan in één arbeidsgang een grote
hoeveelheid hout worden verspaand. In zacht hout,
bijvoorbeeld dennenhout, kunt u diepere freesbewerkingen
uitvoeren dan in hardhout, zoals eikenhout of esdoornhout.
Kies een freesdiepte die rekening houdt met al deze
factoren en die niet een te groot vermogen vraagt van de
motor van de bovenfrees. Wanneer u denkt dat er een
groter vermogen vereist is of als u merkt dat de motor
aanzienlijk langzamer gaat lopen, stop dan de
freesmachine en verminder de freesdiepte.
Voer de freesbewerking vervolgens in meerdere etappes
uit.
Zoals hiervoor al is vermeld, is de freesdiepte (27) van
belang omdat deze van invloed is op de snelheid
waarmee de frees snijdt en dus op de kwaliteit van het
freeswerk zelf (het gevaar van beschadiging van de
motor of de frees hangt ook af van de freesdiepte). Voor
een diepe snede is een lagere verspaningsnelheid nodig
dan voor een ondiepe snede. Door een te diepe snede
kunt u gedwongen zijn om de snelheid dusdanig te
verlagen dat de frees het materiaal van het werkstuk niet
meer afsnijdt maar afhakt.
67
RO
H
CZ
RUS
HR
PL
SLO
TR