Apparaatspecifieke
veiligheidsinstructies
voor dompelpompen
LEVENSGEVAAR DOOR ELEK-
TRISCHE SCHOKKEN! Gebruik
het apparaat niet als zich personen
in het water bevinden. Waarborg dat de elek-
trische steekverbindingen zijn aangebracht in
een tegen overstroming beveiligd bereik. In het
andere geval dreigt levensgevaar door elektri-
sche schokken.
Gebruik de kabel of de slang niet,
om het elektrisch apparaat te dragen,
om te hangen of om de stekker uit
het stopcontact te trekken. Houd de kabel ver-
wijderd van hitte, olie, scherpe randen of be-
wegende apparaatonderdelen. Verwarde of
beschadigde kabels verhogen het risico van
elektrische schokken.
Wij willen erop attenderen dat in tal van landen
aanvullende eisen worden gesteld door de na-
tionale gezondheids- en arbodienst, de water-
voorzieningsbedrijven en dergelijke instanties.
Sluit het apparaat aan via een foutstroom-veilig-
heidsschakelaar (FI-schakelaar) met maximaal
30 mA.
Bewaar niet gebruikte elektrische apparaten
buiten het bereik van kinderen. Laat géén per-
sonen met het apparaat werken die niet ver-
trouwd zijn met het apparaat of die deze
aanwijzingen niet hebben gelezen. Elektrische
gereedschappen zijn gevaarlijk wanneer ze
door onervaren personen worden gebruikt.
Andere relevante
veiligheidsinstructies
voor dompelpompen
(EN 60335-2-41)
Niet gebruiken voor zandwater. In het andere
geval dreigt gevaar voor schade aan het ap-
paraat.
Transporteer geen agressieve, abrasieve (schu-
rende), bijtende, brandbare of explosieve
vloeistoffen, zout water, reinigingsmiddelen of
®
Algemene veiligheidsinstructies
levensmiddelen. In het andere geval dreigt ge-
vaar voor de gezondheid, voor materiële
schade en voor schade aan het apparaat.
Let op dat de watertemperatuur tijdens het
pompen minder dan 35 °C bedraagt. In het
andere geval dreigt gevaar voor schade aan
het apparaat.
Houd tijdens het werken met het apparaat de
maximale indompeldiepte van 8 m aan. In het
andere geval dreigt gevaar voor schade aan
het apparaat.
Let op dat het apparaat smeermiddel gebruikt.
Dit kan in geval van lekkage leiden tot schade
of verontreinigingen. Gebruik het apparaat
daarom niet in tuinvijvers met visbestanden of
waardevolle planten.
Om veiligheidsredenen mogen kinderen en
jongeren onder 16 jaar evenals personen die
niet met deze handleiding vertrouwd zijn, dit
apparaat niet gebruiken.
Houd toezicht op het apparaat tijdens het bedrijf
om een automatische uitschakeling of drooglopen
van de pomp op tijd te herkennen. Controleer
regelmatig de werking van de vlotterschakelaar
(zie hoofdstuk 'Ingebruikname').
Controleer het apparaat vóór ieder gebruik op
schade.
Gebruik de pomp niet in continubedrijf bijv. voor
waterlopen in tuinvijvers. De pomp is niet be-
doeld voor deze bedrijfsmodus. In het andere
geval wordt de levensduur van het apparaat
verkort.
Bescherm het apparaat tegen vorst. Bewaar de
vuilwaterdompelpomp op een tegen vorst be-
schermde plek.
Laat het apparaat niet droog lopen. In het an-
dere geval dreigt gevaar voor schade aan het
apparaat.
Gebruik alléén origineel toebehoren. Voer geen
reparaties uit aan het apparaat. Op deze wijze
wordt gewaarborgd dat de veiligheid van het
product behouden blijft.
Laat het apparaat alleen openen door een
elektromonteur. Neem in geval van een vereiste
reparatie contact op met ons servicecenter.
NL/BE
15