Pompkarakteristieken; Draaimomenten; Minimum Vloeroppervlak En Ventilatieopeningen - Daikin Altherma EHSX04P30D Instructions D'installation Et De Maintenance

Afb 40-9 Karakteristiek van de druksensor (DS)
pos. Omschrijving
p Waterdruk
U Spanning
Tab. 40-20 Legenda bij Afb 40-9
10.3

Draaimomenten

Onderdeel
Temperatuursensor
Hydraulische leidingaansluitingen (water)
Aansluitingen gasleiding (koudemiddel)
Aansluitingen vloeistofleiding (koudemid-
del)
Aansluitingen vloeistofleiding (koudemid-
del)
Backup-Heater
Tab. 40-22 Draaimomenten
10.4 Minimum vloeroppervlak en
ventilatieopeningen
VOORZICHTIG
Het gebruik van reeds gebruikte koudemiddelleidingen kan
schade aan het apparaat veroorzaken.
▪ Gebruik geen koudemiddelleidingen meer die met een
ander koudemiddel zijn gebruikt. Vervang de koudemid-
deleiding en reinig hem zorgvuldig.
▪ Als de totale koudemiddelvulling in het systeem < 1,84 kg is, zijn
er geen verdere eisen.
▪ Als de totale koudemiddelvulling in het systeem ≥ 1,84 kg is, moe-
ten er verdere eisen aan het minimum vloeroppervlak aangehou-
den worden:
Daikin Altherma EHS(X/H)
Daikin Altherma integrated solar unit
008.1444099_00 – 07/2018 – NL
10.2.2
800
700
600
500
400
300
200
100
Afb 40-10 Resterende transporthoogte van de interne verwar-
Pos.
ΔP
m
H
Tab. 40-21 Legenda bij
1
Grootte Aanhaal-
schroef- moment
▪ Als m
draad in Nm
alle Max. 10
▪ Als m
1'' 25 – 30
2
5/8'' 63 – 75
1/4'' 15 – 17
▪ Als A
3/8'' 33 – 40
▪ Als A
3
1,5'' Max. 10
(hand-
4
vast)
5
10 Technische gegevens

Pompkarakteristieken

100%
75%
50%
0
0 200 400 600 800 1000
m / L/h
H
mingscirculatiepomp met verwarmingsondersteunings
warmteoverbrenger
Omschrijving
Resterende transporthoogte interne verwarmingscircula-
R
tiepomp
Debiet verwarmingssysteem
Afb 40-10
Totale koudemiddelvulling in het systeem (m
koudemiddelvulling (m ) die voor de plaatsingsruimte (A
max
toegestaan, (zie ) vergelijken.
≤ m : Het apparaat kan in deze ruimte zonder verdere
c max
eisen geïnstalleerd worden.
> m : Met de volgende stappen doorgaan.
c max
Minimum vloeroppervlak (A ) uit met het vloeroppervlak van de
min
plaatsingsruimte (A ) en van de ruimte ernaast (A
room
ken.
≤ A + A : Met de volgende stappen doorgaan.
min room room2
> A + A : De dealer ter plaatse waarschuwen.
min room room2
Koudemiddelhoeveelheid (dm), die boven m
dm = m – m
c max
Minimum openingsgedeelte (VA
tussen plaatsingsruimte en ruimte ernaast berekenen (zie ).
Het apparaat kan geïnstalleerd worden als:
– 2 ventilatieopeningen tussen plaatsingsruimte en de ruimte
ernaast aanwezig zijn (telkens 1x boven en beneden)
– Onderste opening: De onderste opening moet aan de eisen
voor de minimum opening (VA
dicht mogelijk aan de vloer bevinden. Als de ventilatieope-
ning aan de vloer begint moet de hoogte ≥ 20 mm zijn. De
onderkant van de opening moet zich ≤ 100 mm boven de
vloer bevinden. Ten minste 50% van de noodzakelijke ope-
ning moet < 200 mm van de vloer zijn. De hele opening
moet < 300 mm van de vloer zijn.
– Bovenste opening: De bovenste opening moet groter dan of
net zo groot zijn als de onderste opening. De onderkant van
de bovenste opening moet zich ten minste 1,5 m boven de
bovenrand van de onderste opening bevinden.
– Ventilatieopeningen naar buiten worden niet als geschikte
ventilatieopeningen gezien.
1200 1400 1600 1800 2000
) met maximale
c
) is
room
) vergelij-
room2
ligt berekenen:
max
)voor een natuurlijke ventilatie
min
) voldoen. Hij moet zich zo
min
Installatie- en onderhoudshandleiding
59