N.B. : het apparaat kan tijdens de geprogrammeerde werking met de hand worden uitge-
sc h a k e l d door knop B op 0 te zetten, of buiten de gepro g r a m m e e rde tijden in werking word e n
gesteld door knop B op
NL
zigd word e n .
7. INSTELLING VAN DE THERMOSTAT
Het apparaat is voorzien van een kamert h e rmostaat A, zodat het te verw a rmen vert rek constant
op dezelfde temperatuur wordt gehouden. Op de hoogste stand zal het apparaat continu wer-
ken onder normale gebru i k s o m s t a n d i g h e d e n . De tussenstanden zijn bestemd voor het instellen
van de verschillende temperaturen en zorgen voor de automatische in- en uitschakeling van het
a p p a r a a t .
- Stand 9 : maximale warm t e .
- Stand 1 : minimale warm t e .
Wanneer de gewenste temperatuur is bereikt, wordt het apparaat automatisch uitgeschakeld en
wat later weer automatisch ingeschakeld teneinde de gewenste temperatuur te behouden.
8. VORSTVRIJSTA N D
In een normaal geïsoleerd vertrek met een volume van minder dan 30 m
stand de temperatuur automatisch boven 5°C houden bij een buitentemperatuur van hoog-
s t e n s - 10°C.
- Zet de thermostaatknop A op
- Zet de knop B op
9. BEVESTIGEN AAN DE MUUR
Z o rg dat het apparaat in de juiste richting is geplaatst en de bedieningsknoppen zich
rechtsboven bevinden.
Bevestiging en aansluiting van het apparaat.
Installeer het apparaat altijd verticaal, in de richting als aangegeven in fig. 2.
U moet uw apparaat op een vaste contacdoos in verticale stand aansluiten (waarbij het bedie-
ningskastje zich rechts van het apparaat bevindt), met inachtneming van de geldende voorschriften.
A l v o rens het apparaat te installeren, moet de op de achterkant van het apparaat bevestigde
wandsteun vorden losgeschro e f d .
G e b ruik de juiste bevestigingsmiddelen (schroeven + pluggen) om de steun (G) aan de muur
te bevestigen.
Zet de steun (G) op de gewenste plaats aan de muur vast, waarbij rekening moet word e n
gehouden met de voorg e s c h reven minimum afstanden t.o.v. de vloer, de wanden, enz. (Fig. 2)
O v e reenkomstig de normen mag u op dit snoer geen stekker bevestigen voor aansluiting
op een stopcontact.
Het snoer moet bij het aansluiten zodanig worden ingekort, dat alleen de voor de aansluiting
benodigde lengte wordt overg e h o u d e n . Voor Frankrijk moet het apparaat geïnstalleerd word e n
volgens de norm NFC 15-100. De elektrische installatie van de woning moet voorzien zijn van
een dubbelpolige schakelaar. Deze schakelaar moet een contactopening van 3 mm bezitten.
(aan) te zetten. H i e rdoor zal de dagelijkse programmering niet gewij-
.
( a a n ) .
, kunt u op deze
3