NL
4. Controle van de geschiktheid van motoren
Dikwijls is niet bekend, of een motor met mechanische of met elektronische
eindbegrenzingsschakelaar is geïnstalleerd.
Voer de volgende meting met een voltmeter uit:
• Meet de actuele netspanning U
• Zoek aan de linker zijde van nevenstaand diagram de gemeten netspanning.
• Verbind het gevonden punt via het middelpunt M met de rechter as door
• Meet vervolgens de motorspanning U
46
Controleer daarom eerst de geschiktheid van de motor.
Sommige motoren met mechanische eindbegrenzingsschakelaars
bouwen tijdens bedrijf en hoge motorspanning op, die het RolloTec
inzetmoduul 'Standard' zonder N-leider-aansluiting zou kunnen ver-
nielen. De controle wordt derhalve met een gangbare mechanische
jaloezieschakelaar (mogelijk nog geïnstalleerd) en niet met het
RolloTec
®
inzetmoduul 'Standard' zonder N-leider-aansluiting uitgevoerd.
.
N
een rechte lijn. Het snijpunt op de rechter as geeft de toegestane max.
motorspanning U
aan.
M
in de ophaal- en neerlaat-richting
M
op de geïnstalleerde mechanische jaloezieschakelaar. De tevoren berekende
maximumwaarde mag bij beide metingen niet worden overschreden.
Voorbeeld-diagram
®
U
max. U
n
m
207 V
380 V
215 V
393 V
220 V
403 V
225 V
412 V
230 V
420 V
235 V
429 V
240 V
438 V
245 V
447 V
253 V
460 V
NL
Voorbeeld-diagram:
De gemeten netspanning U
bedraagt 221 V. Verbind de waarde 221 V op de
N
linker as van het diagram door het middenpunt (M) met de motorspanning U
op de rechter as. U vindt zo de max. toegestane motorspanning van 404 V.
De in de ophaal- en neerlaat-richting gemeten motorspanningen moeten
derhalve beneden 404 V liggen.
De waarden (bij benadering) van de typ. maximale motorspanningen U
relatie tot de netspanning U
staan aangegeven in nevenstaande tabel.
N
M
in
M
47