beperking die niet in staat zijn de ma-
chine te hanteren zoals in de gebruiks-
aanwijzing is omschreven, mogen deze
machine niet gebruiken.
• Personen die onder invloed zijn van
alcohol of andere verdovende middelen
mogen deze machine niet gebruiken.
Vermijd een abnormale lichaamshouding.
• Zorg ervoor dat je tijdens de werk-
zaamheden altijd stevig en goed in
evenwicht staat.
• Houd de machine altijd (ook tijdens
het aan-/ en uitzetten) op een veilige
afstand van jouw lichaam.
Wees steeds opmerkzaam.
• Houd je ogen steeds op het werk
gericht en ga met verstand te werk.
• Gebruik de machine niet als je niet
geconcentreerd bent.
• Laat je niet afleiden en let altijd goed
op waar je mee bezig bent. Gebruik de
machine nooit als je moe bent, als je
jezelf niet goed voelt of als je onder
invloed bent van alcohol, medicijnen of
verdovende middelen.
2.3 Veiligheid op de werkplek
Zorg voor een veilige werkplek.
• Zorg dat het werkgebied altijd goed
opgeruimd is, dit vermindert de kans
op ongevallen.
• De machine nooit gebruiken in afgeslo-
ten of slecht geventileerde ruimten en
in aanwezigheid van gas, ontvlambare
of explosieve (vloei)stoffen en poeders.
• De machine uitsluitend overdag bij
goed licht of met een overeenkomstige
kunstmatige verlichting gebruiken.
• Binnen het werkgebied is de gebruiker
verantwoordelijk voor eventuele schade
bij derden veroorzaakt door het gebruik
van de machine.
Klem het werkstuk vast.
• Gebruik spanelementen of een bank-
schroef om het werkstuk vast te klem-
men; dit is veiliger dan klemmen met
NL - Originele gebruiksaanwijzing
de hand, bovendien heb je dan beide
handen vrij om te werken.
2.4 Veiligheid van machines
Visuele controle voor gebruik.
• Deze machine voldoet aan de veilig-
heidsvoorschriften die wettelijk van
toepassing zijn.
• Controleer vóór en na gebruik altijd of de
machine goed functioneert en of er geen
delen defect zijn. Raadpleeg in geval
van twijfel een erkend servicebedrijf.
• Altijd controleren of de ventilatie-
openingen van de machine niet zijn
verstopt. Maak, wanneer verstopt, de
openingen schoon voor gebruik.
• Alle accessoires dienen correct gemon-
teerd te zijn om het goed functioneren
van de machine te waarborgen. Laat
beschadigde accessoires vervangen of
repareren door een erkend servicebedrijf.
• Gebruik de accessoires niet als deze in
slechte staat verkeren.
• De machine niet gebruiken als de
veiligheidsvoorzieningen zijn beschadigd,
versleten zijn, ontbreken of verkeerd
geplaatst zijn.
• Controleer voor gebruik of er geen
gereedschap (zoals instel- of montage
sleutel) op of in de machine achter
gebleven is. Verwijder dit gereedschap
voor gebruik.
Tijdens gebruik.
• Stop de machine onmiddellijk wanneer
deze abnormaal trilt en controleer deze
om te achterhalen wat de oorzaak is.
• Gebruik de machine nooit wanneer het
snoer beschadigd is.
• Wanneer de machine tijdens gebruik
een obstakel raakt, schakel de machine
dan uit en controleer deze op beschadi-
gingen voordat je de machine opnieuw
inschakelt. Indien nodig moet je de
machine naar een erkend serviceadres
brengen voor reparatie.
21