d. Laat de zaagbladhoudervergrendeling
terugdraaien en het zaagblad zit vast.
e. Klap daarna het transparante
beschermkap weer naar beneden. Het
transparante beschermkap moet altijd
worden gebruikt.
OPMERKING: Houdt er rekening mee dat:
Het zaagblad door wrijving erg heet wordt
tijdens het zagen. Denk daar aan bij het
verwijderen van het zaagblad. Bescherm
uzelf zonodig met
veiligheidshandschoenen.
Afstellen van de pendelbeweging
17.3
De pendelbeweging wordt afgesteld met de
schakelaar voor pendelposities (7). De pen-
delbeweging geeft het zaagblad een hori-
zontale voorwaartse beweging. Op niveau 0
maakt het zaagblad geen voorwaartse
beweging; de grootste voorwaartse bewe-
ging is op niveau 3. Bij de neergaande slag
wordt het zaagblad naar achteren geduwd
om verwijdering van het zaagsel te verge-
makkelijken Hierdoor wordt de zaagsnelheid
in de lengterichting hoger en is minder ener-
gie nodig tijdens het zagen. Bovendien ver-
hoogt dit de levensduur van het zaagblad.
Voor het zagen
7.3
a. Metaal de pendelbeweging op 0 of op 1.
b. HDF-plaat, multiplex en plastic de pen-
delbeweging op 1 of op 2.
c. Hard- en zachthout en spaan- en MDF-
plaat de pendelbeweging op 1, 2 of 3.
Hoe harder het materiaal is dat gezaagd
moet worden, des te kleiner de pendelbewe-
ging moet zijn en hoe zachter het materiaal,
des te groter de pendelbeweging moet wor-
den ingesteld.
OPMERKING: Als gevolg van de extra verti-
cale beweging, worden de snijkanten meer
gerafeld dan tijdens het werken zonder
pendelbeweging. De oppervlakteafwerking
van houtplaat heeft vooral bij het werken
met extra pendelbeweging de neiging om te
rafelen door hun vuurvaste structuur.
Schuine sneden maken
7.4
U kunt met deze zaag schuine zaagsneden
tot 45° maken als u de hoek van de basis-
plaat schuin zet.
a. Draai eerst de twee inbusschroeven
(15) in de centrale opening van de
basisplaat los m.b.v. de meegeleverde
inbussleutel (5).
b. Druk na het losdraaien de basisplaat
iets naar achteren totdat de metalen
tanden van de behuizing loskomen van
de basisplaat.
c. Nu kunt u de basisplaat instellen onder
de gewenste hoek.
d. Zet hem in die positie vast door hem
naar voren te duwen en de inbusbouten
weer vast te draaien.
Stofafzuiging
7.5
Zorg ervoor dat de schakelaar (13) voor
stofverzamel- resp. de stofblaasfunctie in
de positie voor stofafzuiging staat.
Stofvergaarfunctie
Stofblaasfunctie
De decoupeerzaag kan met het meegele-
verde tussenstuk op een stofafzuigapparaat
of een stofzuiger worden aangesloten.
Plaats het tussenstuk in de zaag. Maak
indien mogelijk voor uw eigen veiligheid
altijd gebruik van een stofverwijderfunctie,
of gebruik tenminste een stofmasker. Om de
zaaglijn vrij te houden van zaagsel, plaatst u
de schakelaar van stofafzuiging richting (13)
in de stand "blazen". De luchtstroom houdt
de zaaglijn schoon.
Parallelgeleider
7.6
Gebruik de parallelgeleider (14) voor een
geleiding parallel aan een werkstukrand.
Installeer de parallelstaaf door deze door de
vergrendelingen (9) in de basisplaat te
schuiven. Met de centimeterschaalverdeling
op de geleiderstaaf kunt u de afstand tus-
sen de rand en het zaagblad nauwkeurig
instellen. De geleiderstaaf kan vervolgens
met de schroeven in de basisplaat worden
vastgezet.
Zaagbladtypes
7.7
Gebruik alleen decoupeerzaagbladen met
T-schacht.
Nederlands
21