• Let erop dat door beweging van de lasten de
gewichtskracht stijgt en deze wellicht de maxi-
male grensbelasting van het apparaat kan over-
schrijden.
• Maak de te heffen last zo stevig mogelijk vast.
• Til nooit lasten boven mens of dier op.
• Het apparaat nooit in een vochtige of natte omge-
ving gebruiken.
• Symbolen die op uw apparaat zijn aangeduid,
mogen niet worden verwijderd of afgedekt. Aan-
wijzingen op het apparaat die onleesbaar zijn
geworden, moeten onmiddellijk worden vervan-
gen.
Neem vóór de ingebruikname de veilig-
heidsinstructies in acht.
Lees vóór de ingebruikname de gebruiks-
aanwijzing en neem deze in acht.
Bescherm het apparaat tegen vocht.
Droog bewaren.
Neem een veilige afstand t.o.v. de oms-
taande personen er omheen in acht.
Overzicht van uw apparaat
Aanwijzing: Hoe uw apparaat er daad-
werkelijk uitziet, kan van de afbeeldingen
afwijken.
► P. 2, afb. 1
1. Lasthaak
2. Lastketting
3. Lastketting-reserve
4. Transmissie-eenheid
5. Montagehaak
6. Haspelketting
7. Veiligheidsklem
Uitpakken en montage
Uitpakken
Apparaat uitpakken en controleren op compleetheid.
► P. 2, afb. 1
Leveringsomvang
• Takel
• Gebruiksaanwijzing
Montage
GEVAAR! Letselgevaar bij de mon-
tage! Het garnituur voor de plafondmon-
tage moet de nodige stabiliteit vertonen,
om de grensbelasting en het eigen
gewicht van de takel te kunnen dragen.
In geval van twijfel vraagt u een span-
ningsanalist om onderzoek uit te voeren.
Ook tijdens de montage mag er zich geen
persoon onder de montageplaats bevin-
den.
Aanwijzing: Voer de montage indien
mogelijk met twee personen uit.
► P. 2, afb. 1
– Takel met de montagehaak (5) in het garnituur
hangen.
– Let erop dat de veiligheidsklem (7) van de monta-
gehaak gesloten is.
Ingebruikname
Aanwijzing: Zowel de haspelketting als
ook de lastketting moeten vrij en soepel
lopen en mogen geen ongewoonlijke
weerstand vertonen.
– Vóór het eerste gebruik de takel één keer volledig
zonder last in- en uitsturen om de werking te
garanderen.
Voor de start controleren!
GEVAAR! Gevaar voor letsel! Het
apparaat mag alleen in bedrijf worden
genomen als er geen gebreken gevonden
zijn. Als er een onderdeel defect is, moet
het absoluut voor het volgende gebruik
vervangen worden.
– Controleer of er zichtbare defecten zijn.
– Controleer of alle onderdelen van het apparaat
stevig gemonteerd zijn.
– Controleer of de veiligheidsinrichtingen volledig
intact zijn.
Bediening
LET OP! Gevaar voor letsel! Voor ieder
gebruik controleren of er onderdelen, met
name kettingschakels, vervormd, bekrast
of verroest zijn.
GEVAAR! Gevaar voor schade aan het
apparaat! Als er ongewoonlijk luide gelui-
den optreden bij het heffen, is het appa-
raat overbelast of defect.
► P. 2, afb. 1
– Last met geschikt bevestigingsmateriaal aan de
lasthaak (1) hangen.
– Let erop dat de veiligheidsklem (7) van de last-
haak gesloten is.
– Met gevoel aan haspelketting (6) trekken, zodat
het haspelwiel in de transmissie met de klok mee
draait en de lastketting langzaam omhoog gaat.
– Voor het neerlaten aan de andere zijde met
gevoel aan de haspelketting (6) trekken en de last
langzaam neerlaten.
Reiniging en onderhoud
GEVAAR! Gevaar voor letsel! Vóór
ieder onderhoud en/of reiniging:
– De last voorzichtig neerlaten en het
apparaat laten afkoelen.
NL
37