7.
INSTRUCTIES
7.1 Plaats de luchtverhitter zo dat deze op een stevige ondergrond staat en op voldoende afstand van
vochtige omgevingen en brandbare voorwerpen.
7.2 Sluit de luchtverhitter aan op het netwerk.
7.3 Draai de thermostaatknop naar de MAX-stand en laat de kachel op vol vermogen draaien.
7.4 De luchtverhitter gaat aan als de warmtekiezer naar een van de vermogensstanden wordt
gedraaid.
7.5 Zodra de kamer de gewenste temperatuur heeft bereikt, stopt het verwarmingselement met
werken, maar de verwarming blijft werken. Zodra de temperatuur daalt, gaat het verwarmingselement
weer werken. De luchtverhitter start en stopt op deze manier automatisch en zorgt ervoor dat de
omgevingstemperatuur in de kamer behouden blijft.
7.6 Voordat u de kachel uitschakelt, zet u de thermostaat op de MIN-stand en draait u de knop naar
de blaasstand, laat u het apparaat 2 minuten afkoelen, schakelt u de kachel uit en verwijdert u de
stekker.
8.
SCHOONMAAK EN ONDERHOUD
8.1 Voordat u het apparaat schoonmaakt, moet u het uit het stopcontact halen en laten afkoelen. De
behuizing kan gemakkelijk vuil worden, veeg deze vaak af met een zachte spons. Veeg alle vuile
onderdelen af met een spons gedrenkt in water <50 °C en een mild reinigingsmiddel, en veeg
vervolgens de behuizing van de verwarming af met een schone doek. Zorg ervoor dat er geen water in
het apparaat komt. Spuit geen water op de radiateur, gebruik nooit oplosmiddelen zoals benzine, enz.
om de radiator schoon te maken, om de behuizing te beschermen.
8.2 Reinig het netsnoer en de stekker en wikkel ze in een plastic zak.
8.3 Bij het opbergen van de heater eerst laten afkoelen, droog houden. Dek het vervolgens af met een
plastic zak, doe het in een verpakkingsdoos en bewaar het op een geventileerde, droge plaats.