wegspoelen.
8. Als het toestel met een elektrische voedingskabel is uitgerust,
dient u zich tot een erkend assistentiecentrum of tot professioneel
gekwalificeerd personeel te wenden indien deze kabel moet
worden vervangen.
9. Het is verplicht om een veiligheidsklep op de waterinlaatleiding
aan te schroeven, die conform is met de nationale normen. In
landen waar de norm EN 1487 van kracht is, moet de maximale
druk van de veiligheidsgroep 0,7 MPa bedragen. Bovendien
moet de groep minstens een afsluitkraan, een terugslagklep,
een veiligheidsklep en een voorziening voor onderbreking van
de hydraulische belasting bevatten.
10. Er mag niet met de beveiliging tegen overdruk (klep of
veiligheidsgroep) worden geknoeid en u moet deze beveiliging
regelmatig laten werken om te controleren of die niet geblokkeerd
is en om eventuele kalkaanslag te verwijderen.
11. Druppelverlies uit de beveiliging tegen overdruk is normaal
tijdens de fase waarin het water wordt opgewarmd. Om deze
reden is het noodzakelijk om de afvoer aan te sluiten, die
evenwel open moet worden gelaten, met een drainagebuis die
continu schuin naar beneden moet aflopen en ijsvrij is.
12. Het is absoluut noodzakelijk om het toestel leeg te maken en
van het elektriciteitsnet los te koppelen indien het gedurende
lange tijd ongebruikt in een lokaal blijft waar vorst optreedt.
13. Warm water dat met een temperatuur van meer dan 50° C uit
de kranen stroomt, kan onmiddellijk ernstige brandwonden
veroorzaken. Kinderen, mensen met een handicap en bejaarden
zijn meer aan dit risico blootgesteld. Het is daarom aanbevolen
om een thermostatische mengkraan te gebruiken, die u moet
aanschroeven op de leiding waar het water uit het toestel komt.
Deze leiding is met een rode kraag gemarkeerd.
14. Er mogen geen ontvlambare elementen in contact met het
toestel en/of in de buurt ervan aanwezig zijn.
15. Vermijd om onder het toestel te gaan staan en om er voorwerpen
te plaatsen die schade kunnen oplopen in geval er bijvoorbeeld
water uit het toestel lekt.
NL
139