2.3 Gebruik
De maximale draagcapaciteit van het product is 25 kg, overschrijd deze limiet niet. Dit kan tot
•
schade aan het product of persoonlijk letsel leiden.
Gebruik het product niet bij harde wind, storm, onweer, harde regen, sneeuw, vrieskoud of
•
ernstige weersomstandigheden. Dit kan het product beschadigen of voor persoonlijk letsel
zorgen.
Gebruik het product niet in de buurt van trappen, deuren, scherpe randen of breekbare objecten.
•
Dit kan leiden tot schade aan het product of persoonlijk letsel.
Gebruik het product niet in het verkeer. Dit kan leiden tot ongelukken en persoonlijk letsel.
•
Het product kan door één persoon tegelijkertijd gebruikt worden. Ga nooit met meer dan één
•
persoon tegelijk op het product zitten. Dit kan leiden tot schade aan het product en persoonlijk
letsel.
Houd altijd beide handen aan het stuur. Maak geen scherpe bochten en plaats je gewicht niet op
•
het stuur, hierdoor kan het product omvallen.
Houd het product uit de buurt van extreme warmtebronnen of direct zonlicht.
•
Kinderen raken waarschijnlijk de omgeving waarin zij het product gebruiken. Zorg ervoor dat de
•
omgeving veilig is voor gebruik en vermijd duidelijke punten van gevaarlijk contact, verstrikking,
beknelling en dergelijke. Bescherm ook eventuele bezittingen en eigendommen van derden.
Gebruik het product niet; op natte, gladde, zanderige, ruwe of oneffen ondergronden; op trappen
•
en stoepranden; voor stunts; op wegen waar zich ander verkeer bevindt; in het donker; in de
buurt van water of zwembaden; om van bergen af te fietsen; of om op hoge snelheid te fietsen.
Gebruik het product niet in de buurt van een zwembad, rivier, meer, sloot of dergelijke.
•
De gebruiker kan samen met het product in het water terecht komen en dit kan leiden tot
persoonlijke letsel.
3. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
3.1 Monteren
1.
Schuif de stang van de voorwielen in de basisframe.
2. Draai de moer en bout op de stuurstang los. Gebruik hier eventueel de dopsleutel voor. Zorg
ervoor dat de gaten in de stuurstang en de stang van de voorwielen overeenkomen. Monteer het
stuur aan de stang van de voorwielen.
3. Doe de moer door het gat en draai de bout vast met de dopsleutel. Zorg ervoor dat de moer en
bout goed vastzitten. Schuif de kap op de stuurstang omlaag zodat deze over de moer en bout
heen zit.
4. Het product is gereed voor gebruik.
Nederlands
9