DReinigen
G ebruik geen hogedrukreiniger of stoomstraalapparaat.
R e i n i g e n
Maak het toestel alleen schoon wanneer het
uitgeschakeld is. Functiekeuzeknop: stand = 0.
Buitenzijde apparaat
Maak het apparaat met water en wat afwasmiddel
schoon. Droog het met een zachte doek na.
Scherpe of schurende middelen zijn hiervoor niet
geschikt. Wanneer zo'n middel op de voorkant
terechtkomt, neem het dan direct af met water.
3Wat te doen bij storingen?
S toringen worden vaak veroorzaakt door een
W a t t e d o e n b i j s t o r i n g e n ?
kleinigheid. Neem alstublieft de volgende aanwijzingen
in acht voor u de servicedienst belt:
Het servies of de gerechten blijven koud.
Het servies of de gerechten worden niet warm genoeg.
Het gebruiksindicatielampje knippert.
Als de warmtelade gesloten is, knippert het indicatie-
lampje snel.
Het gebruiksindicatielampje brandt niet.
De zekering in de meterkast heeft de stroom uitgescha-
keld.
Roestvrijstalen oppervlakken
Verwijder kalk-, vet-, zetmeel- en eiwitvlekken altijd
onmiddellijk. Onder zulke vlekken kan gemakkelijk
corrosie ontstaan. Gebruik voor het schoonmaken
water en wat afwasmiddel. Droog de oppervlakken met
een zachte doek na.
Apparaten met een glazen voorkant
Maak de glazen voorkant met glasreiniger en een
zachte doek schoon. Geen schraper gebruiken.
Verwarmingsplaat
Maak de verwarmingsplaat met wat warm water en
afwasmiddel schoon.
Controleer:
of het toestel ingeschakeld is
■
of de stroom is uitgevallen
■
of de lade helemaal gesloten is
■
Het is mogelijk:
dat het servies of de gerechten niet lang genoeg verwarmd zijn
■
dat de lade langere tijd open is geweest
■
Ga na of de lade gesloten is.
Neem contact op met de servicedienst.
Het indicatielampje is defect. Neem contact op met de servicedienst.
Haal de stekker uit het stopcontact en neem contact op met de servicedienst.
Reinigen
nl
25