Legio.bescherm. dag:
Legio.besch. tijd:
Hysterese boilerlading: K
Offset boilerlading: K
Max. boilerlaadtijd:
Blokkertijd boilerlading: min
Parallelle boilerlading:
Buffervat
Buffertemperatuur, boven: °C
Buffertemperatuur, onder: °C
Zonnecircuit
Collectortemperatuur: °C
Zonnepomp:
Voeler voor opbrengstmeting: °C
Debiet zonnesysteem:
Zonne-pompkick:
0020298988_05 Gebruiksaanwijzing en installatiehandleiding
Vastleggen op welke dagen de legionellabescherming moet wor-
den uitgevoerd. Op deze dagen wordt de watertemperatuur boven
60 °C verhoogd. De circulatiepomp wordt ingeschakeld. De functie
eindigt uiterlijk na 120 minuten.
Bij geactiveerde functie Afwezigheid wordt de legionellabescher-
ming niet uitgevoerd. Zodra de functie Afwezigheid is beëindigd
wordt de legionellabescherming uitgevoerd.
CV-installaties met warmtepomp gebruiken de extra CV-ketel voor
de legionellabescherming.
Fabrieksinstelling: Uit
Vastleggen op welk tijdstip de legionellabescherming moet worden
uitgevoerd.
Fabrieksinstelling: 04:00
De boilerlading start, zodra de boilertemperatuur < gewenste tem-
peratuur - hysteresewaarde is.
Fabrieksinstelling:
–
5 K bij conventionele warmteopwekker
–
7 K bij warmtepomp
Gewenste temperatuur + offset = aanvoertemperatuur voor de
warmwaterboiler.
Fabrieksinstelling:
–
25 K bij conventionele warmteopwekker
–
10 K bij warmtepomp
Instellen van de maximale tijd, waarmee de warmwaterboiler onon-
derbroken wordt geladen. Als de maximale tijd of gewenste tempe-
ratuur wordt bereikt, geeft de systeemthermostaat de verwarmings-
functie vrij. De instelling Uit betekent: geen beperking van de boi-
lerlaadtijd.
Fabrieksinstelling:
–
60 min bij conventionele warmteopwekker
–
90 min bij warmtepomp
Instellen van de periode waarin de boilerlading na afloop van de
max. boilerlaadtijd wordt geblokkeerd. In de geblokkeerde tijd geeft
de systeemthermostaat de verwarmingsfunctie vrij.
Fabrieksinstelling: 60 min
Tijdens de lading van de warmwaterboiler wordt het mengercircuit
parallel verwarmd. Het ongemengde CV-circuit wordt bij een boi-
lerlading altijd uitgeschakeld.
Fabrieksinstelling: Nee
Werkelijke temperatuur in het bovenste bereik van het buffervat
Werkelijke temperatuur in het bovenste bereik van het buffervat
Weergave van de actuele temperatuur aan de zonnecollector
Weergave van het actuele stuurcommando aan de zonne-energie-
pomp
Weergave van de actuele temperatuur aan de sensor voor de op-
brengstmeting
Invoeren van de volumestroom voor de berekening van de zonne-
opbrengst. Bij geïnstalleerd zonnestation negeert de systeemther-
mostaat de ingevoerde waarde en gebruikt de geleverde volume-
stroom van het zonnestation.
De waarde 0 betekent de automatische registratie van de volume-
stroom.
Fabrieksinstelling: Auto
Versnelde registratie van de collectortemperatuur. Bij geactiveerde
functie wordt de zonnepomp voor korte tijd ingeschakeld en wordt
de verwarmde zonnevloeistof sneller naar het meetpunt getrans-
porteerd.
Fabrieksinstelling: Uit
139