oververhitting wordt de pomp automatisch
uitgeschakeld door deze contactverbreker en
na het afkoelen wordt de pomp automatisch
opnieuw in werking gesteld.
6. Bediening
6.1 Inbedrijfstelling
•
Het apparaat opstellen op een stabiele, vlak-
ke en horizontale standplaats.
•
Verwijder de ontluchtingsschroef (6).
•
Schroef de voorfilterschroef (4) af m.b.v. de
bijgaande sleutel (10) en verwijder de voorfil-
ter (12) met terugslagklep (13) zoals getoond
in fig. 3. Daarna kunt u het pomphuis met
water vullen via de voorfilterschroef (4). Het
vullen van de zuigleiding versnelt het aanzui-
gen.
•
Schroef de voorfilterschroef (5) af m.b.v. de
bijgaande sleutel (9) en verwijder de voorfilter
(7) met terugslagklep (8) zoals getoond in fig.
2. Daarna kunt u het pomphuis met water vul-
len via de voorfilterschroef (5). Het vullen van
de zuigleiding versnelt het aanzuigen.
•
De assemblage gebeurt in omgekeerde
volgorde.
•
Drukleiding openen.
•
Netleiding aansluiten.
•
Het aanzuigproces start automatisch.
•
Na beëindiging van het werk de netstekker
van het apparaat uittrekken.
6.2 LED-indicatie en debietschakelaar
De stromingsschakelaar heeft geen instel- of
schakelmogelijkheden, hij werkt volledig automa-
tisch.
Alleen de operationele toestand wordt gesigna-
leerd door 3 LEDs. (afbeelding 4)
Groen en geel brandt:
De pomp is in bedrijf en loopt meteen aan, een
verbruiker is geopend om transportvloeistof te
ontnemen.
Groen en rood brandt:
1. Pomp bouwt druk op (bijv. waterkraan geslo-
ten) en schakelt dan vanzelf uit.
2. De pomp loopt droog zonder transportvlo-
eistof. De stromingsschakelaar voert 3 po-
gingen uit om het drooglopen te verhelpen,
voordat de droogloopbeveiliging defi nitief
reageert.
Anl_NHA-E_120_SPK7.indb 52
Anl_NHA-E_120_SPK7.indb 52
NL
Groen brandt, rood knippert:
De droogloopbeveiliging heeft gereageerd, er is
geen aanzuiging van de transportvloeistof meer
mogelijk. Met behulp van de handleiding van
de pomp de oorzaak van de fout (bijv. ondichte
zuigleiding) opsporen en verhelpen. Daarna door
de Reset-knop aan de stromingsschakelaar in te
drukken de pomp weer in bedrijf nemen.
7. Vervanging van de
netaansluitleiding
Gevaar!
Als de netaansluitleiding van dit apparaat be-
schadigd wordt, dan moet hij door de fabrikant
of diens klantendienst of door een gelijkwaardig
gekwalifi ceerde persoon vervangen worden, om
gevaren te vermijden.
8. Reiniging, onderhoud en
bestellen van wisselstukken
Het apparaat is verregaand onderhoudsvrij. Voor
een lange levensduur raden wij echter een regel-
matige controle en onderhoud aan.
Gevaar!
Vóór elk onderhoud moet het apparaat span-
ningsvrij geschakeld worden; hiervoor trekt u de
netstekker van de pomp uit het stopcontact.
8.1 Onderhoud
•
Bij eventuele verstopping van het apparaat
sluit u de drukleiding aan aan de waterleiding
en neemt u de zuigslang eraf. Open de wa-
terleiding. Schakel het apparaat meermaals
gedurende ca. twee seconden in. Op deze
manier kunnen verstoppingen in de meeste
gevallen geëlimineerd worden.
•
In het toestel zijn er geen andere te onder-
houden onderdelen.
8.2 Voorfi terelement reinigen
•
Voorfilterelement regelmatig reinigen, indien
nodig, vervangen.
•
Voorfilterschroef (4) verwijderen en voorfilter
(12) met terugslagklep (13) wegnemen (fig.
3).
•
Voor het reinigen van de voorfilter en de
terugslagklep mogen geen agressieve reini-
gers of benzine worden gebruikt.
•
De voorfilter en de terugslagklep door uit-
- 52 -
22.10.2020 10:44:02
22.10.2020 10:44:02