Stop onmiddellijk met opladen als het apparaat erg oververhit
is. Een accu die tijdens het opladen erg heet wordt of
vervormt, is defect en mag niet meer worden gebruikt.
Stel de accu niet bloot aan mechanische belastingen. Laat de
accu niet vallen, stel deze niet bloot aan schokken, buig de
accu niet en snij de accu niet door.
Let bij het opladen van de accu op de juiste polariteit van de
oplaadstekker. Als de oplaadstekker verkeerd is aangesloten,
de oplader ongeschikt is of de polariteit omgekeerd is, bestaat
er kortsluitings- en explosiegevaar!
Ontlaad de accu nooit volledig, dit verkort de levensduur.
Het onderhoud van accu's moet worden uitgevoerd door of
onder toezicht staan van personeel dat vertrouwd is met
accu's en de nodige voorzorgsmaatregelen.
Als het apparaat voor langere tijd wordt opgeslagen, wordt
aanbevolen dat de resterende capaciteit van de accu
ongeveer 30% van het laadvolume bedraagt.
Het product kan worden opgeladen bij een temperatuur tussen
0-50 °C.
Het product kan ontladen in een temperatuurbereik van -10 °C
tot 50 °C.
Lage temperaturen kunnen de accucapaciteit van het product
beïnvloeden.
S. 107