Publicité
Les langues disponibles
Les langues disponibles
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Lees de gebruiksaanwijzing zorgvuldig vóór
de ingebruikname.
•
Er zitten geen vervangbare onderdelen in
de rookmelder. Alleen de batterij kan
worden vervangen.
•
Gebruik het product niet in vochtige,
stoffige of rokerige omgevingen.
•
Wanneer de batterijcapaciteit een laag
niveau bereikt, geeft de rookmelder
ongeveer elke 45 seconden een signaal
om aan te geven dat de batterij moet
worden vervangen.
•
Bewaar de brandmelder en het
verpakkingsmateriaal buiten het bereik
van kinderen.
SYMBOLEN
Lees de gebruiksaanwijzing.
Goedgekeurd volgens
de geldende richtlijnen/
verordeningen.
Afgedankte producten moeten
worden gerecycled volgens de
geldende voorschriften.
TECHNISCHE GEGEVENS
Stroombron
Stroomverbruik in ruststand
Werktemperatuur
Geluidsniveau voor alarm
Afmetingen
Standaard
AANWENDING
Het principe van de rookmelder is dat er
infrarode stralen worden verspreid in de
rook die zich in de beginfase van de brand
ontwikkelt. Hij bestaat uit een foto-elektrisch
9 V batterij
6–12 uA
-10°C tot +40°C
≥ 85 dB/3 m
101 x 34 mm
NEN-EN 14604
systeem, dat de signalen van de infrarode
stralen verwerkt. De infrarode stralen worden
verspreid over het oppervlak van de rook als
de rook in de rookmelder komt. De foto-
elektrische diode vangt de verspreide stralen
op en activeert de foto-elektrische stroom, die
het alarmsignaal activeert.
INSTALLATIE
1.
Verwijder de montageplaat aan de
achterkant van de rookmelder en plaats
een 9 V batterij.
AFB. 1
2.
Druk de testknop een paar seconden
in om het alarm te activeren. Laat de
knop los wanneer u het alarm hoort
(dat klinkt twee of drie keer en stopt
vervolgens automatisch). Dat bewijst dat
de rookmelder werkt.
AFB. 2
3.
Installeer de rookmelder met de twee
meegeleverde schroeven op een geschikte
plek (bijvoorbeeld aan het plafond).
1. Schroeven
2. Montageplaat
AFB. 3
BATTERIJ VERVANGEN
1.
Pak de kap van de rookmelder vast, draai
deze tegen de klok in en haak de melder
los van de wand-/plafondbeugel.
2.
Verwijder de oude batterij en sluit
vervolgens de nieuwe batterij aan op de
batterijconnector.
3.
Plaats de nieuwe batterij in het
batterijvak, monteer de melder op de
wand-/plafondbeugel en vergrendel deze
op de beugel door deze met de klok mee
te draaien.
4.
Test de rookmelder door op de testknop
te drukken. Het alarm geeft een harde
pieptoon. Als u geen luid alarmsignaal
NL
13
Publicité
