Werking
Werkingsomstandigheden
• Gebruik de airconditioning alleen binnen het onderstaand
aangegeven temperatuurbereik:
Modus
Kamertemperatuur
Cool
17°C (62°F) ~ 35°C (95°F)
Dry
13°C (55°F) ~ 35°C (95°F)
GEBRUIKSINSTRUCTIES VOOR ELEKTRONISCHE BEDIENING
Alvorens te beginnen, maak uzelf vertrouwd met het
bedieningspaneel en de afstandsbediening en alle functies en volg
vervolgens het symbool voor de gewenste functies.
Het apparaat kan worden bediend via het bedieningspaneel op het
apparaat of via de afstandsbediening. GEBRUIKSINSTRUCTIES VOOR
ELEKTRONISCHE BEDIENING
BEDIENINGSPANEEL VAN DE AIRCONDITIONING
7
1
2
3
4
Fig.21
8
6
5
3
NL-18
1. MODUS keuzeknop
Selecteert de gepaste werkingsmodus. Telkens u op de knop drukt,
wordt de modus op volgende volgorde gewijzigd: AUTO, COOL,
DRY, FAN. Het moduscontrolelampje brandt naast de ingestelde
werkingsmodus.
2. SLAAP knop
Gebruikt om de slaapwerking in te schakelen.
3. OMHOOG (+) en OMLAAG (-) knop
Wordt gebruikt om de temperatuurinstelling (met een interval van
1°C/2°F) binnen een bereik tussen 17°C(62°F) en 30°C(88°F) of de
timerinstelling binnen een bereik tussen 0~24 uur aan te passen
(verhogen/verlagen).
OPMERKING: De temperatuur kan in graden Fahrenheit of
graden Celsius worden weergegeven. Om tussen de eenheden te
schakelen, druk en houd de Omhoog en Omlaag knop gedurende
3 seconden tegelijkertijd ingedrukt.
4. AAN-UIT knop
Het apparaat in-/uitschakelen
5. TIMER knop
Wordt gebruikt om het programma met de AUTO ON starttijd en
AUTO OFF stoptijd in te schakelen, in combinatie met de + & -
knoppen
6. VENTILATOR knop
Druk om de ventilatorsnelheid te selecteren. U hebt keuze uit
LAAG en HOOG. Het ventilatorcontrolelampje brandt naast de
ingestelde ventilatorsnelheid.
7. LED-display
Toont de ingestelde temperatuur in "°C" of "°F" en de
automatische timerinstellingen. In de DRY en FAN modus wordt de
kamertemperatuur weergegeven.
NL-19