Het notebook wordt niet ingeschakeld.
Bij gebruik op accu sluit u het notebook aan op de voedingsadapter en contro-
leert u of de accu is opgeladen.
Wanneer u het notebook met de voedingsadapter wilt gebruiken, neemt u de
stekker van de voedingsadapter uit het stopcontact en sluit u op hetzelfde stop-
contact bijv. een lamp aan. Wanneer deze lamp ook niet brandt, kunt u een elek-
tricien raadplegen om het stopcontact te controleren.
Het beeldscherm blijft zwart.
•
Deze storing kan verschillende oorzaken hebben:
− Het indicatielampje (aan/uit schakelaar) brandt niet en het notebook be-
vindt zich in de slaapstand.
Oplossing:
druk de aan/uit schakelaar in.
− De led van de energiezuinige modus knippert. Het notebook bevindt zich
in de energiezuinige modus.
Oplossing:
druk de aan/uit schakelaar in.
− De achtergrondverlichting is uitgeschakeld met behulp van de toetscombi-
natie Fn+F7.
Oplossing:
De achtergrondverlichting wordt opnieuw ingeschakeld wanneer een wille-
keurige toets wordt ingedrukt.
Het notebook wordt tijdens het gebruik uitgeschakeld.
De accu kan leeg zijn. Sluit het notebook aan via de voedingsadapter en laadt de
accu op.
Onjuiste tijd- en datumweergave.
Klik op de tijdsaanduiding op de taakbalk. Kies de optie Instellingen voor da-
tum en tijd wijzigen en stel de correcte waarden in.
Er kunnen geen gegevens worden gelezen vanaf het optische station.
Controleer of de disk op de juiste manier is geplaatst.
De WLAN-/Bluetooth verbindingen werken niet.
Controleer of de vliegtuigmodus is ingeschakeld.
Het touchpad werkt niet.
Om het touchpad in te schakelen, drukt u de toetscombinatie Fn + F9.
Apps (b.v. het weer) kunnen niet als live tegel worden weergegeven.
Controleer de datum, de tijdzone en de huidige tijd.
40