AC : het AC symbool staat aan
+DC : het DC symbool staat aan
-DC : het – symbool en het DC symbool staan aan
• Boven de 120V, wordt de polariteit eveneens op het
LED scherm aangeduid
AC : de twee 120V LED's staan aan
+DC : de linker 120V LED staat aan
-DC : de rechter 120V LED staat aan
• Als de tester aan staat, zal hij automatisch de span-
ning meten binnen het 6V-1000VCA/1500VDC be-
reik
Indien het L2 + meetpunt het positief potentieel
is (negatief), zal de LED polariteit indicatie «
+DC » (« -DC »), aanduiden
Tijdens de spanningstest zouden de symbolen/
L- LED of R- LED kunnen aangaan
Als de batterijen leeg zijn, zal enkel de ELV LED
aangaan bij een spanning > 50V
7.1.1 Laagspanningsmodus - 1V-
1000VAC/1500VDC
• Druk op de knop Zaklamp/HOLD totdat het symbool
<10V verschijnt.
• In de laagspanningsmodus, is het mogelijk om de
DC en AC spanningen te meten vanaf 1V
• Verbind de twee meetsnoeren.
• De weergave van de spanning is zoals vermeld in
punt 7.1
De continuïteitmodus staat uit in laagspannings-
modus .
7.2 Stroommeting
• Druk verschillende keren op de knop Zaklamp/
Functie tot het symbool A op het scherm verschijnt.
• In de modus stroommeting, kan (kunnen) stro(o)
m(en) tussen 0.1A en 200A gemeten worden.
• De geleiders moeten in het midden van de klauw ter
hoogte van de markeringen links en rechts geposi-
tioneerd worden.
• Meet enkel kabels die dubbel geïsoleerd zijn.
• Berg de geleiders veilig op om onvrijwillige verbin-
dingen te vermijden
• De tester schakelt over naar spanning meting als
een spanning tijdens een continuïteit test van meer
dan >6V wordt gedetecteerd.
Testen uitvoeren
23