Conformiteitsverklaring - CARPOINT 0177711 Mode D'emploi

Table des Matières

Les langues disponibles

LET OP! PROBEER NIET DE ACCU VAN EEN VOERTUIG OP TE LADEN MET BEHULP VAN STARTKABELS, WANNEER DE 12V-STROOMUITGANG IN GEBRUIK IS.

STARTKABELS GEBRUIKEN VOOR DE ACCU VAN EEN VOERTUIG

1. Controleer of de accu in de starthulp zelf opgeladen is. Gebruik de startkabels niet, als het lampje van de interne accu rood is. Hierdoor zou de accu beschadigd kunnen raken.

2. Zorg ervoor dat de auto of boot die u wilt starten, UIT staat.

3. Bevestig de rode klem aan de positieve (+) pool van de accu van het voertuig.

4. Bevestig de zwarte klem aan een niet bewegend, metalen onderdeel van de motor. Sluit de zwarte klem niet aan op de negatieve pool van de accu!

5. Zet het contact van de auto of boot AAN.

6. Wacht een paar minuten.

7. Probeer het voertuig te starten. Probeer niet langer dan 5 à 6 seconden het voertuig te starten.

8. Als het voertuig niet start, wacht dan ten minste nog eens 3 minuten voor u het opnieuw probeert. Als de motor na verschillende pogingen nog niet start, controleer dan of er andere mogelijke problemen

zijn, bijvoorbeeld met de accuaansluiting.

9. Wanneer de motor draait, maak dan eerst de zwarte kabel los en berg hem op in de houder op de starthulp.

10. Maak de rode klem los en berg die ook op in de houder op de starthulp. Laad de starthulp zo snel mogelijk weer op.

12V-APPARATEN VAN STROOM VOORZIEN

1. Controleer of de accu in de starthulp zelf opgeladen is. Gebruik de startkabels niet, als het lampje van de interne accu rood is. Hierdoor zou de accu beschadigd kunnen raken.

2. Steek de aansluiting voor de sigarettenaansteker van het 12V-apparaat op gelijkstroom in de stroomuitgang.

3. U kunt elk 12V-apparaat op gelijkstroom van stroom voorzien, mits het maximale stroomverbruik van het 12V-apparaat de 12 ampère niet overschrijdt. Bij overbelasting wordt de automatische

stroomonderbreker geactiveerd en komt er geen stroom meer uit de stroomuitgang.

4. Zet bij overbelasting het 12V-apparaat uit, maak het los van het startapparaat en wacht circa 4 tot 5 minuten. De stroomonderbreker wordt uitgeschakeld, zodat u de 12V-uitgang weer kunt gebruiken.

GEBRUIK VAN DE COMPRESSOR

De slang en adapters van de compressor bevinden zich in het vak achterop de starthulp.

LET OP! Gebruik de compressor nooit langer dan 10 minuten achter elkaar. Laat hem daarna 10 minuten uitstaan voor u hem weer gebruikt, zodat de compressor kan afkoelen.

1. Controleer of de accu in de starthulp zelf opgeladen is. Gebruik de startkabels niet, als het lampje van de interne accu rood is. Hierdoor zou de accu beschadigd kunnen raken.

2. Gebruik voor het oppompen van een band de universele adapter die vast zit aan de luchtslang. Plaats deze adapter op het ventiel van de band en druk de hendel naar beneden om hem vast te zetten.

3. Zet de compressor AAN (met de schakelaar achterop de starthulp).

4. Controleer de bandenspanning regelmatig met de bijbehorende bandenspanningsmeter.

5. Laat de compressor nooit meer dan 10 minuten achter elkaar draaien. Als er meer lucht nodig is, wacht dan 10 minuten voor u de compressor opnieuw gebruikt.

6. Gebruik voor het oppompen van leren ballen (voetballen, enz.) de opblaasnaald. Gebruik voor het opblazen van andere kunststof voorwerpen, zoals strandballen, drijfmiddelen, enz. een van de kunststof

naalden. Plaats de naald in de slangaansluiting en druk de hendel omlaag om hem te vergrendelen. Steek de adapter in het voorwerp dat moet worden opgepompt.

LET OP! Pomp het voorwerp niet te vol op.

Luchtdruk aflezen: in de starthulp is een luchtdrukmeter ingebouwd. De nauwkeurigheid van deze meter is ± 10psi.

GEBRUIK EN OPSLAG

Bewaar de starthulp op een koele, droge plaats, verwijderd van brandbare materialen. Bewaar de starthulp niet in een afgesloten, ongeventileerde ruimte. Voorkom dat de starthulp oververhit raakt of te lang

wordt opgeladen. Als de starthulp voor langere tijd niet gebruikt wordt, laad het dan om de 6 tot 8 weken opnieuw op.

Laad de accu niet op in een ongeventileerde ruimte. Gebruik geen biologische oplosmiddelen of materialen voor reiniging van de starthulp, behalve de chemische reinigingsmiddelen die worden aanbevolen op

het etiket op de accu.

GOEDE AFVOER VAN ACCU'S

Neem passende maatregelen als een accu kapot is of er elektrolyten uit de accu lekken.

1. Voorkom contact met zure stoffen. Gebruik watervrij natriumcarbonaat of kalk om accuzuur te neutraliseren. Goed afspoelen met water. Behandel de gebruikte middelen voor het opruimen als gevaarlijk afval.

2. Afvalafvoer: voer het af in overeenstemming met landelijke, regionale en plaatselijke voorschriften. Afval niet verbranden of bij gewoon afval gooien. De accu moet naar een recyclepunt worden gebracht

om de metalen en kunststof onderdelen te kunnen terugwinnen. Neem contact op met de relevante afvalverwerkers voor de juiste procedures.

PAS OP! probeer een accu niet te verbranden. Dit zou een explosie kunnen veroorzaken. Dek voor u de accu afvoert de openliggende polen af met zeer sterk elektrotape om

kortsluiting te voorkomen.