I.
BELANGRIJKE REGELS
1.
Deze technische omschrijving en gebruikshandleiding is bedoeld om u vertrouwd te maken
met het product en met de gebruik en installatie voorwaarden. De instructies zijn ook bestemd
voor de vakkundige technici, die het toestel zullen installeren, demonteren en eventuele storingen
verhelpen.
2.
De fabrikant kan op geen enkele manier aansprakelijk worden gesteld voor schade, veroorzaakt
door exploatatie en/of installatie, die niet aan de instructies in deze handleiding voldoen.
3.
De elektrische boiler voldoet aan de eisen van EN 60335-1, EN 60335-2-21.
4.
Dit toestel is bestemd voor exploitatie door kinderen ouder dan 8 jaar en personen met
verminderde lichamelijke, zintuiglijke en geestelijke vermogens of door mensen met geen ervaring
of kennis, indien ze onder toezicht zijn of geïnstructeerd werden overeenkomstig de zekere
exploitatie van het toestel en indien ze de mogelijke gevaren verstaan.
5.
Kinderen moeten met het toestel niet laten spleen
6.
De reiniging en de bediening van het toestel moet door niet onder toezicht zijnde kinderen niet
uitgevoerd worden.
Waarschuwing! Onjuiste installatie en aansluiting van het apparaat kan ernstige gevolgen
voor de gezondheid veroorzaken en leiden tot de dood van de gebruikers. Dat kan ook
schade aan eigendommen of persoonlijk letsel veroorzaken als gevolg van overstroming,
explosie of brand. Installatie, aansluiting op het waternet en aansluiting op het elektriciteitsnet moet worden
uitgevoerd door gekwalificeerde technici. Een gekwalificeerde technicus is iemand die over de juiste
competenties in overeenstemming met de voorschriften van het betreffende land beschikt.
Alle wijzigingen en reconstructies van de constructie en het elektrische schema van de boiler zijn verboden. Bij
het vaststellen hiervan wordt de garantie geannuleerd. Onder wijzigingen en reconstructies wordt
verstaan iedere verwijdering van de door de fabrikant ingebouwde elementen, inbouwen van bijkomende
componenten in de boiler, vervangen van elementen met analogische elementen die door de fabrikant niet
.
goedgekeurd worden
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
1.
De boiler slechts in ruimtes met normale brandzekerheid monteren.
2.
Bij montage in een badkamer moet het toestel op een plek gemonteerd worden zodat het water
uit de douche of douche hoofdtelefoon bovenop niet komt.
3.
Het is bedoeld voor gebruik in gesloten en verwarmde ruimtes, waar de tempeartuur niet lager is
dan 4 °C en is niet geschikt voor continu werken in een "stromend water modus".
4.
Bij montage op de wand wordt het toestel aan de op het corpus gemonteerde dragende plank
opgehangen. Het ophangen geschiedt aan twee haken (min. Ф 4 mm) die aan de wand stevig
vastgelegd zijn (meegeleverd met het toestel).
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Aansluiten van de boiler op het pijpleidingennetwerk
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
1.
Het toestel is bedoeld om huishoudelijke objecten van warm water te voorzien en dient te
worden aangesloten op een waterleidingnet met een waterdruk van ten hoogste 6 bar (0.6 MPa).
2.
De beschermklep waarmee de boiler is aangekocht moet gemonteerd worden. Deze wordt op de
ingang van het koud water geplaatst, in overeenstemming met de op het corpus staande pijl die de
richting van het inkomende water aanduidt.
Uitzondering: Indien de plaatselijke regelingen (normen) bepalen het gebruik van een andere
beschermklep of installatie (conform EN 1487 of EN 1489), dan dient een extra beschermklep
aangekocht te worden. Voor installaties conform EN 1487 moet de hoogste aangegeven druk 0.7
MPa zijn. Voor andere beschermkleppen moet de druk waaraan ze gekalibreerd zijn 0,1 MPa lager
dan de op het bordje van het toestel aangeduide druk. In deze gevallen moet men de samen met
het toestel aangeleverd beschermklep niet gebruiken.
3.
De beschermklep en de hieruit naar de boiler uitgaande pijpleiding moeten tegen bevriezing
Dutch
Montage
Instructies voor gebruik en onderhoud
NL
111