WerkaPro 10422 Manuel D'instruction page 17

Houd bij het plaatsen van de trede rekening met het risico van botsing met bijvoorbeeld de ladder. Voetgangers, voertuigen of
deuren. Beveilig, indien mogelijk, deuren (geen nooduitgangen) en ramen in de werkruimte.
Waarschuwing, elektrisch gevaar
Identificeer elektrische gevaren in het werkgebied, zoals bovengrondse leidingen of andere blootgestelde
elektrische apparatuur en gebruik de ladder niet waar zich elektrische gevaren voordoen.
Gebruik niet-geleidende trapladders voor onvermijdelijke elektrische werkzaamheden onder spanning.
Open de ladder volledig voor gebruik
Daal niet van de zijkant van de trede af op een ander oppervlak
Gebruik de ladder alleen met de vergrendelingen vergrendeld
Sta-ladders mogen niet als leunladders worden gebruikt, tenzij zij daarvoor ontworpen zijn
Reparatie, onderhoud en opslag
Reparaties en onderhoud moeten worden uitgevoerd door een bevoegd persoon en in overeenstemming met de instructies van
de fabrikant.
OPMERKING Een bevoegd persoon is een persoon die over de nodige vaardigheden beschikt om reparaties of onderhoud uit
te voeren, bv. door opleiding door de fabrikant.
Neem voor reparatie en vervanging van onderdelen, bijv. poten, zo nodig contact op met de fabrikant of de distributeur.
Ladders moeten worden opgeborgen volgens de instructies van de fabrikant.
Lijst van te inspecteren punten.
Voor regelmatige inspectie moet het volgende in aanmerking worden genomen:
1) Controleer of de staanders/poten (palen) niet verbogen, gebogen, gedraaid, gedeukt, gebarsten, gecorrodeerd of verrot
zijn;
2) Controleer of de staanders/voeten rond de bevestigingspunten van andere onderdelen in goede staat zijn;
3) Controleer of de bevestigingsmiddelen (gewoonlijk klinknagels, schroeven of bouten) niet ontbreken, loszitten of
gecorrodeerd zijn
4) Controleer of de sporten/treden niet ontbreken, loszitten, overmatig versleten, gecorrodeerd of beschadigd zijn;
5) Controleer of de scharnieren tussen het voorste en achterste gedeelte niet beschadigd, los of verroest zijn;
6) Controleer of het slot horizontaal blijft, of de achterrails en de hoekschoren niet ontbreken, verbogen, loszitten,
gecorrodeerd of beschadigd zijn;
7) Controleer of de laddersporthaken niet ontbreken, beschadigd, loszitten of verroest zijn en goed op de laddersport zijn
Gebruik de ladder niet als brug.