4. HOOFDTOEPASSINGEN
*ULD-400-RE-filtergebruik
In sommige situaties kan er een sterk ultrasoon geluid worden gegenereerd door het gebruik
van machines, bewegingssensoren of andere apparatuur. Door dit geluid zal de ontvanger de
maximale signaalsterkte lezen op het scherm, ongeacht de gevoeligheidsinstellingen, en is
deze niet bruikbaar voor het detecteren van lekken.
In dergelijke gevallen drukt u op de "Filter"-knop. De firmware zal automatisch de
belangrijkste ruisfrequentie detecteren en dit uitfilteren door de digitale non-pass
bandbreedtefilter binnen +/- 5 kHz. Als het signaalniveau niet daalt tot bijna 0, zal de
firmware het proces automatisch herhalen voor andere ruisfrequenties. Er kunnen tot drie
frequenties automatisch worden gefilterd. Het filterpictogram wordt weergegeven op het
scherm en zal het aantal toegepaste filters aangeven, van nul (geen ruis gedetecteerd) tot
maximum drie.
3
Afbeelding 4.1b: Filter toegepast
Opmerking: De filter wordt toegepast op de visuele signaalindicatie op een scherm
(signaalsterktenummer en staafdiagram). De filter wordt NIET toegepast op de
audiofrequentie om het originele geluid van het lek te bewaren en de gebruiker de
mogelijkheid te bieden beter de bron van het lek vast te stellen.
Opmerking: Wanneer u met de zender werkt, moet u ervoor zorgen dat u de filter
toepast op de ontvanger voordat de zender wordt ingeschakeld, of in een gebied waar
het zendersignaal niet kan worden gedetecteerd. Anders wordt de frequentie van het
zendersignaal gefilterd en kan de ontvanger het signaal niet oppikken.
9