verdient het aanbeveling een deep-cycle
loodzuurbatterij te gebruiken en deze op te
laden als hij ongeveer half leeg is.
Model elektro-
afrasteringsapparaat
Model 0.5 J
Gebruik van de batterij
PAS OP!
Batterijen bevatten schadelijke
chemicaliën die bij onzorgvuldig gebruik
letsel kunnen veroorzaken. Volg de
voorschriften voor batterij-onderhoud,
instandhouding en veiligheid in dit
handboek en in de bij de batterij behorende
documentatie op.
Batterij sparen
Om de werkduur tussen batterijladingen te
verlengen begint het
elektro-afrasteringsapparaat bij lage snelheid en
halve outputenergie te werken wanneer de
batterijcapaciteit onder ca. 40% daalt.
Om diep ontladen en derhalve irreparabele
schade aan de batterij te voorkomen stopt het
elektro-afrasteringsapparaat met het uitgeven
van impulsen wanneer de batterijcapaciteit
onder ca. 20% daalt.
Batterij laden
PAS OP!
- Probeer nooit een niet-oplaadbare batterij
te laden.
- Als u een batterij laadt, zorg dan voor
voldoende ventilatie, zodat de gassen
kunnen ontwijken.
Het is van groot belang dat de batterij
regelmatig wordt geladen. Gebruik een geschikt
bemeten batterijlaadapparaat en volg de
instructies van de batterijfabrikant op.
108
Vereiste
Batterij-
stroomsterkte
capaciteit
60 mA
60 Ah
1
Bevestig de positieve (+) batterijlaadkabel
aan de pluspool van de batterij, en de
negatieve (–) aan de minpool van de
batterij.
2
Steek de stroomingangskabel van het
laadapparaat in een net- of lijnstopcontact
en zet de stroomvoorziening aan.
VOORZICHTIG!
Overladen bekort de
levensduur van de batterij. Houd u aan het
advies van de batterijfabrikant over het
laden van de batterij vanuit een net- of
lijnstroombron.
Batterij-onderhoud en
instandhouding
•
Voorzie de batterij van een geschikte
batterijbehuizing als de batterij naar
verwachting aan het weer zal blootstaan.
•
Als de batterij niet in gebruik is, bewaar
hem dan volledig opgeladen en laad hem
regelmatig op (eens in de 8 weken).
Laad een ontladen batterij zo spoedig
•
mogelijk weer op. Batterijen mogen niet
ontladen worden bewaard.
Inspecteer de batterij regelmatig om
•
ervoor te zorgen dat het elektrolytpeil niet
onder het oppervlak van de batterijplaten
daalt.
•
Vul de batterij met gedistilleerd water bij.
Maak hem niet overvol. Voor meer
informatie verwijzen wij naar de
aanbevelingen van de batterijfabrikant.
Batterijveiligheid
•
Overtuig u er bij het laden van dat de
batterij goed geventileerd is.
Stel hem niet bloot aan temperaturen
•
boven 50 °C .
•
Zorg ervoor dat de batterij niet aan open
vuur of vlammen is blootgesteld.