Het instellen van de boven-draadspanning (14)
De basisinstelling ligt tussen de 4 en 5.
Afhankelijk van de stof en draadgrootte, instellen door aan de
regelaar (14) te draaien, zodat de knoop van de boven- en on-
derdraad als een stip op de bovenkant van de stof kan worden
onderscheiden. Als u lussen ziet dan is de draadspanning is te
laag.
Het plaatsen van de onder-draadspoel (Afb. L)
1. Bij het plaatsen of verwijderen van de onder-draadspoel
(33), moet de naald volledig omhoog worden geheven.
Draai het handwiel (4) in de richting van de pijl.
2. Trek de dekplaat horizontaal uit de machine. Trek het
transparante deksel van de grijper naar voren eruit.
16
3. Plaats de spoel in de grijper,
zodat de spoel rechtsom
draait (zie de rechter Afb. op
het deksel van de grijper).
Laat 5 cm van de draad
eruit blijven.
4. Schuif het deksel van de
grijper weer terug.
Het ophalen van de spoeldraad
1. Til de persvoet (10) omhoog, houd de bovendraad met uw
linkerhand vast en draai het handwiel met de rechterhand
in de richting van de pijl totdat de naald weer bovenin staat
(een volledige draai van het handwiel).
2. Trek de boven- en onder-spoeldraad 10 cm naar de achter-
kant. U kunt hiervoor bijvoorbeeld een schaar gebruiken.
Het opspoelen van de spoel (Afb. M en N)
LET OP:
Verwijder de bovendraad volledig uit de machine. Anders zou
het rond de binnenste delen wikkelen en de machine blok-
keren.
OPMERKING:
U bepaalt de hoeveelheid op te winden spoeldraad door het
draaien van de spoelopwinder-zijgeleider (3). Naar links:
minder draad op de spoel.
1. Plaats een lege spoel (33) op de spoelwinderas (2).
2. Plaats een draadspoel op de draadspoelhouder (20).
3. Leid de draad via de draadgeleider (18) naar de lege spoel.
4. Wind de draad een paar keer rechtsom rond de lege spoel.