EXTERNE TEMPERATUURSONDE
(OPTIE).
De ketel is voorzien voor toepassing van een externe
sonde (fig. 7) die als optionele kit beschikbaar is. De
sonde kan rechtstreeks worden aangesloten op de
elektrische installatie van de ketel, ze zorgt dat de
maximumtemperatuur voor toevoer naar de installatie
automatisch vermindert wanneer de buitentempera-
tuur toeneemt, om zo de warmte die aan de installatie
geleverd wordt aan te passen in functie van de buiten-
temperatuur. De externe sonde treedt altijd op wanneer
ze aangesloten is, ongeacht de aanwezigheid of het type
omgevingsklokthermostaat dat gebruikt wordt, en kan
in combinatie met de klokthermostaten van Immergas
werken. De elektrische aansluiting van de externe
sonde moet gebeuren op de klemmen 38 en 39 op de
elektronische kaart van de ketel (fig. 5).
• Controle van de gemengde zone. De correlatie
tussen toevoertemperatuur en buitentemperatuur
wordt bepaald door de positie van de trimmer (16
fig. 6) aanwezig op de zonekaart, volgens de curve
op het diagram (fig. 8).
• Controle van de directe zone. Voor de correlatie
tussen de toevoertemperatuur en buitentemperatuur
is de informatie in de gebruiksaanwijzing van de
ketel geldig.
START VAN DE
INSTALLATIE.
Na de aansluitingen te hebben uitgevoerd, het dash-
board van de ketel en de dozen van de zonekit sluiten.
De correcte waterdruk in de verwarmingsinstallatie
herstellen d.m.v. de vulkraan.
De ketel onder spanning zetten en controleren of elke
ruimtethermostaat (of afstandsbediening) de relatieve
circulatiepompen activeert.
De installatie en de ketel ontluchten, zoals beschreven
in de gebruiksaanwijzing van de ketel.
Monteer de behuizing van de ketel.
Initialisering mengklep.
Telkens de ketel onder spanning wordt gezet, wordt de in-
tialisering van de mengklep uitgevoerd (5 fig. 2) door ze
drie minuten te sluiten; op deze wijze wordt de synchro-
nisatie tussen de printkaarten de mengklep uitgevoerd.
De thermische energie kan enkel naar de mengzone
overgebracht worden als deze initialisering is voltooid.
Controles.
Wij adviseren om op de grafieken van het vermogen en
de opvoerhoogte, die hieronder worden getoond, het
maximumvermogen van de circulatie in de installatie
te controleren om de correcte dimensionering van de
ontwerpparameters te beoordelen. Ze moeten ook een
maximale oppervlaktetemperatuur van de vloerver-
warming mogelijk maken, conform met de bepalingen
van de norm UNI EN 1264.
Led circulatiepomp
Led vast aan
Witte led knipperend
Led vast aan
Led uit
Rode led
CIRCULATIEPOMP.
De circulatiepomp voldoet op ideale wijze aan de ver-
eisten van iedere verwarmingsinstallatie in de huiselijke
en residentiële omgeving. De circulatiepomp is uitge-
rust met besturingselektronica waarmee de gewenste
functies kunnen worden ingesteld.
Regeling. Om de circulatiepomp te regelen, draait u
aan de keuzeschakelaar om die op de gewenste curve
in te stellen.
Programma
P 1 onder (ΔP-V)
P 2 boven (ΔP-V)
C 3 onder (ΔP-C) - H=3 m
C 4 boven (ΔP-C) - H=4 m
Min - Max
Programma P (1 onder 2 boven) (ΔP-V)- Proportio-
nele curve (groen led). Hiermee kunt u het drukniveau
(opvoerhoogte) proportioneel verminderen volgens het
verminderen van de warmteaanvraag door de installatie
(vermindering van het debiet). Dankzij deze functie is
het elektriciteitsverbruik nog meer beperkt: de energie
(vermogen) gebruikt door de pomp vermindert met het
druk- en debietniveau. Aan de hand van deze instelling
garandeert de circulatiepomp optimale prestaties bij
het merendeel van de verwarmingsinstallaties, en blijkt
bijzonder geschikt bij de installaties met één buis en
met twee buizen. Door het verminderen van de op-
voerhoogte wordt de mogelijkheid weggenomen dat er
vervelende geluiden optreden van stromend water in de
leidingen, de kleppen en de radiatoren. Optimale con-
dities voor behaaglijke warmte en akoestisch comfort.
Programma's C (3 onder 4 boven) (ΔP-C) - Constante
curve (oranje led). De circulatiepomp behoudt het
drukniveau (opvoerhoogte) constant tijdens het ver-
minderen van de warmteaanvraag door de installatie
(vermindering van het debiet). Aan de hand van deze
instellingen is de circulatiepomp geschikt voor alle
vloerverwarmingen, waar alle circuits uitgebalanceerd
moeten zijn voor dezelfde val van de opvoerhoogte.
MIN-MAX-programma (blauw led). De circulatie-
pomp wordt gekenmerkt door regelbare werkingscur-
ves door de keuzeschakelaar op een willekeurig punt
tussen Min en Max te zetten. Op deze manier is het
mogelijk om aan alle installatievereisten te voldoen
(van een eenvoudige enkele buis tot de meest moderne,
gesofisticeerde installaties) en om altijd optimale pres-
taties te garanderen. Omdat de snelheid geleidelijk kan
worden geregeld, is het mogelijk om het exacte werk-
punt binnen het volledige gebruiksveld te selecteren.
Beschrijving
Onvoldoende druk installatie, circulatiepomp
in cavitatie
Circulatiepomp
luidruchtig
Aanwezigheid van vreemde lichamen in de
rotor
Geluiden tijdens
Aanwezigheid van lucht in de installatie
de circulatie van de
warmteoverdrachts-
Te hoog vermogen
vloeistof
Geen stroomtoevoer
De circulatiepomp
Circulatiepomp defect
werkt niet
Rotor geblokkeerd
Onvoldoende voedingsspanning
Led
groen
oranje
blauw
Diagnose
Herstel de correcte druk in het thermisch
circuit
Demonteer de motor en reinig de rotor
De installatie ontluchten
Rotatiesnelheid beperken
Controleer of de ketel correct wordt gevoed,
controleer of de circulatiepomp correct is
aangesloten
Vervang de circulatiepomp
Demonteer de motor en reinig de rotor
Controleer de voedingsspanning van de ketel
16
Diagnose in realtime: aan de hand van verschillende
kleuren levert een verlichte led informatie betreffende
de werkingsstatus van de circulatiepomp., zie fig. 4
Eventuele deblokkering van de circulatiepomp. De
blokkering van de circulatiepomp wordt gesignaleerd
wanneer de led vast rood gaat oplichten. Draai aan
de keuzeschakelaar tot aan de stand MAX; neem de
voeding weg en herstel daarna de voeding om het
automatische proces voor deblokkering te starten. Nu
activeert de circulatiepomp de procedure die maximaal
circa 15 minuten duurt, bij iedere poging om opnieuw
te starten knippert de led, vervolgens wordt die enkele
seconden blauw en wordt daarna eventueel opnieuw
rood wanneer de poging om te hervatten niet is gelukt.
Na dit proces zet u de keuzeschakelaar opnieuw op de
gewenste curve. Wanneer het probleem niet opgelost
is, moet u de manuele deblokkering uitvoeren zoals
hierna beschreven.
- Schakel de voeding van de ketel uit (de led gaat uit).
- Sluit toe- en afvoer van de installatie, laat
de circulatiepomp afkoelen.
- Leeg het circuit van de installatie met behulp van de
voorziene kraan.
- Demonteer de motor en reinig de rotor.
- Na de deblokkering de motor opnieuw monteren.
- Vul het primair circuit, sluit opnieuw de voeding van
de ketel aan en stel de gewenste curve in.
Aandacht: wanneer de vloeistof heet is en onder
hoge druk staat, bestaat er gevaar voor brand-
wonden. Gevaar voor brandwonden bij gewoon
contact.
Oplossing
Fig. 4