ACCESSOIRE: UITBREIDINGSKAART "PIU'"
De elektronische besturingseenheid beschikt over alle belangrijke functies die van een normale automatisering verwacht mogen worden; in
de uitvoering A700F is er in de mogelijkheid voorzien de apart verkrijgbare kaart PIU' toe te voegen waarmee de prestaties van de bestu-
ringseenheid nog verhoogd worden.
Onderstaand gedeelte heeft alleen betrekking op de uitvoering A700F
De kaart dient in het speciale insteekcontact op de bedieningseenheid gestoken te worden; daarna zijn op de klemmetjes van de kaart beschikbaar:
• de volgende ingangen:
• de volgende uitgangen:
N.B.: De uitgangen kunnen alleen geringe belastingen (controlelampjes, relais etc.) aansturen
• en de volgende afstellingen: Gedeeltelijke Tijd
Alle kenmerken en de gebruiksaanwijzingen van de kaart zijn in desbetreffende handleiding vervat.
6) Eindtest
Wanneer alle aansluitingen van de motoren en de verschillende
accessoires uitgevoerd zijn, kunt u de aansluitingen controleren en
de eindtest van de installatie uitvoeren.
!
Dit is de belangrijkste fase bij de aanleg van de automatisering
teneinde een zo groot mogelijke veiligheid te garanderen. De eind-
test kan ook als periodieke controle voor de verschillende inrichtin-
gen van de automatisering gebruikt worden.
De eindtest van de gehele installatie dient door ervaren en gekwalifi-
ceerde technici verricht te worden. Zij moeten ook bepalen welke
tests in functie van de bestaande risico's noodzakelijk zijn en con-
troleren of de wettelijke voorschriften, regelgeving en regels en met
name alle vereisten van norm EN 12445, waarin de testmethodes
voor de controle van automatiseringen voor poorten bepaald zijn, in
acht genomen zijn. Het is raadzaam in handbediende modus te wer-
ken waarbij alle functies gedeactiveerd zijn (dipschakelaar Off); in elk
geval komt de motor bij de handbediende modus onmiddellijk tot
stilstand door de bedieningstoets los te laten. Ga ook na of alle trim-
mers voor afstelling op het minimum staan (tegen de wijzers van de
klok in gedraaid) alleen de trimmer KRACHT (op A6) of de schake-
laar KRACHT (op A6F en A700F) kan op het maximum staan, terwijl
de trimmer Kracht Positionering (op A700F) halverwege wordt gezet.
Voor elk afzonderlijk onderdeel van het automatisme, zoals bijvoor-
beeld contactlijsten, fotocellen, noodstop, etc. is een specifieke fase
in de eindtest vereist; voor deze inrichtingen zullen de procedures uit
de desbetreffende handleidingen gevolgd moeten worden.
Controleer dat de voorschriften in deze handleiding en met name die
vervat in hoofdstuk 1 "Aanbevelingen" nauwgezet in acht genomen zijn;
A) Ontgrendel de poort en breng de vleugels halverwege en ver-
grendel ze dan; op deze manier kan de poort zowel tijdens de
openings- als sluitmanoeuvre in vrijelijk bewegen.
B) Zet de besturingseenheid onder spanning, controleer dat er tus-
sen de klemmetjes 1-2 en 1-3 een spanning van 230 / 120 Vca
staat en op de klemmetjes 21-22 van 24 Vca.
Onderstaand gedeelte heeft alleen betrekking op de uitvoering A700F
C) Controleer dat er op de klemmetjes 14-15 een spanning van 24 Vac
staat voor stroomvoorziening van de zenders van de fotocellen.
Zodra de besturingseenheid onder spanning komt te staan, moe-
ten de controlelampjes (leds) op de actieve ingangen gaan bran-
den; bovendien moet binnen enkele ogenblikken de led "OK"
96
Foto 2
= Veiligheidsinrichting met inwerkingtreding tijdens de openingsmanoeuvre
Open gedeeltelijk = uitvoering van een openingsmanoeuvre met een gereduceerde tijdsduur
Rood
= Rood licht van het verkeerslicht
Groen
= Groen licht van het verkeerslicht
Elektrisch slot
= Bedieningsopdracht voor het elektrische slot (gezien het feit dat de besturingseenheid reeds
over deze uitgang beschikt, is de functie gewijzigd in "Zuignap" voor het koppelen van die
magnetische sluitingen welke als alternatief voor het elektrische slot gebruikt worden)
Gebruikerslicht
= Bedieningsopdracht voor een lamp met de functie van gebruikerslamp
= Tijdsduur voor Gedeeltelijke opening
Tijd Gebruikerslamp = Tijdsduur voor gebruikerslamp
}
Alarmen
regelmatig beginnen te knipperen. Als dit niet allemaal gebeurt,
dient u onmiddellijk de stroomvoorziening te onderbreken en de
aansluitingen nauwkeuriger te controleren.
• De led "OK" die zich midden op de kaart bevindt, heeft tot taak
de status van de interne logica te signaleren: regelmatige knippe-
ren met 1 knippering per seconde geeft aan dat de interne micro-
processor actief is en in afwachting van bedieningsopdrachten is.
Wanneer de microprocessor een wijziging in de status van een
ingang (zowel ingang van bedieningsopdracht als dipschakelaar
van de functies) constateert, zal het lampje tweemaal snel gaan
knipperen, dit ook als de wijziging geen onmiddellijke gevolgen
heeft. Wanneer het lampje heel snel 3 seconden knippert, geeft
dit aan dat de besturingseenheid zojuist onder spanning is gezet
en bezig is met het uitvoeren van een test van de interne delen:
onregelmatig en niet constant knipperen geeft aan dat de test niet
tot een goed einde is gekomen en dat er dus een defect is.
D) Vergewis u er nu van dat de leds horende bij de ingangen met
contacten van het type NC branden (alle veiligheidsinrichtingen
actief) en dat de leds behorende bij de ingangen van het type NO
uit zijn (geen enkele bedieningsopdracht aanwezig); indien dit niet
het geval is dient u te controleren of de verschillende inrichtingen
correct zijn aangesloten en goed werken.
E) Controleer of alle veiligheidsinrichtingen van de installatie (nood-
stop, fotocellen, pneumatische randen etc.) goed werken, telkens
wanneer die in werking treden, moeten de desbetreffende leds
STOP, FOTO of FOTO1 uitgaan.
• Dit is één van de belangrijkste controles en dient uiterst aandach-
tig uitgevoerd te worden: van het correct functioneren van de vei-
ligheidsinrichtingen hangt heel de "actieve" veiligheid van de
machine poort af. Als het knipperlicht een uitstekend instrument is
om een gevaarlijke situatie te signaleren en de koppelbegrenzers
een waardevol middel vormen om de schade te beperken, kan
alleen een correcte installering van de veiligheidsinrichtingen het
automatisme blokkeren voordat het schade kan veroorzaken.
Onderstaand gedeelte heeft alleen betrekking op de uitvoering A700F
F) Als de ingangen eindschakelaars gebruikt worden, dient u te con-
troleren of de aansluitingen correct uitgevoerd zijn. Verplaats de
vleugels één voor één en verifieer dat wanneer zij het gewenste
punt bereikt hebben, de eindschakelaar in kwestie in werking
treedt waarbij de desbetreffende led op de besturingseenheid uit
gaat (of aan gaat als er NO-eindschakelaars gemonteerd zijn).