NL
Probeer de volgende oplossingen. Begin bovenaan. Zie de online-Gebruikershandleiding voor meer informatie.
Problemen
Streepvorming (lichte lijnen) in uw afdrukken of kopieën.
Afdruk onscherp of vlekkerig.
Afdruk vaag of er ontbreken delen.
Afdruk is korrelig.
Onjuiste of ontbrekende kleuren.
Grootte of positie van afbeelding klopt niet.
Oplossingen
Controleer of de juiste papiersoort is geselecteerd.
A
Zorg ervoor dat de afdrukzijde (witste of meest glanzende zijde) van het papier in de juiste richting wijst.
B
Wanneer u Stand. kwal. of Best selecteert bij Kwaliteit, selecteer dan Uit bij Twee richtingen. Bidirectioneel afdrukken vermindert de
C
afdrukkwaliteit.
& 45
R
Voer eerst een spuitkanaaltjescontrole uit en reinig vervolgens de printkop waarmee er volgens het controleresultaat een probleem is.
D
Lijn de printkop uit. Lijn de printkop uit met het hulpprogramma uit de printerdriver als de kwaliteit niet beter wordt. Zie de online-
E
Gebruikershandleiding voor het uitlijnen van de printkop.
Maak een kopie zonder een document op de glasplaat te leggen. Zo reinigt u de binnenzijde van de printer. Zie de online-
F
Gebruikershandleiding voor meer informatie.
Verbruik voor het beste resultaat de cartridges binnen zes maanden na opening van de verpakking.
G
Gebruik bij voorkeur originele Epson-cartridges en papier dat door Epson wordt aanbevolen.
H
Als u moiré (een afwijkend rasterpatroon) ziet in uw kopie, moet u de instelling bij Vergroten/verkleinen wijzigen of het origineel
I
verschuiven.
Controleer of voor het geladen papier de juiste instellingen zijn geselecteerd bij Papierformaat, Lay-out, Vergroting en Vergroten/
J
verkleinen.
& 35, 45
R
Controleer of het papier correct is geladen en het origineel correct geplaatst.
K
Als de randen van de kopie of foto zijn weggevallen, moet u het origineel iets uit de hoek leggen.
L
Reinig de glasplaat. Zie de online-Gebruikershandleiding.
M
& 16
R
& 53
R
& 18, 23
R
Oplossing
ABDEGI
ABDEFH
ABCDG
E
DG
JKLM
& 18
R
& 50
R
& 49
R
81