Alarminstelling
Als het alarm wordt ingeschakeld, genereert
de aandrijving een geluidssignaal wanneer de
deur langer dan 10 minuten geopend blijft.
Het geluidssignaal klinkt elke 10 minuten
gedurende 30 seconden.
1. Druk circa 5 seconden
op „P".
4. Druk op „+", de weergave
is „1".
(1 = aan = de alarminstelling is
ingeschakeld)
Automatische sluitingstijdinstelling
OPMERKING
Voordat de deur automatisch
sluit, genereert de aandrijving
gedurende 20 seconden een ge-
luidssignaal. Op hetzelfde moment
knippert het lampje.
Zodra de deur zich sluit, blijft het
licht permanent ingeschakeld en
het geluidssignaal blijft klinken.
Zodra de deur gesloten is, beëindigt
de aandrijving het geluidssignaal
en het lampje blijft nog 3 minuten
branden.
Beëindiging van het alarm:
Druk op de deurbesturingsknop om de deur volledig te
sluiten.
2. Druk op „+" (evt. herhaal-
delijk drukken) tot de „5"
wordt weergegeven.
5. Druk op „P" om de
alarminstelling op te
slaan.
1. Druk circa 5 seconden
op „P".
3. Druk op „P", de
weergave is „0".
(0 = uit = fabrieksinstelling)
3. Druk op „P", de
weergave is „0".
(0 = uit = fabrieksinstelling)
6. Sluit de programmering af
(zie pagina 63, methode 2)
of verder gaan met de
volgende instelling.
2. Druk op „+"
(evt. herhaaldelijk drukken) tot de „6"
wordt weergegeven.
4. Druk op „+", de weergave
is „1".
(1 = aan = automatische
sluitingstijd = 30 seconden)
NL
61