Belangrijke aanwijzingen na de montage
◆ Zorg ervoor dat de installatie goed is ingesteld na de
montage, en dat de aandrijving omkeert (terugloopt)
als de poort een 50 mm hoog obstakel op de vloer raakt
(in het geval van aandrijvingen die over een klembe-
veiliging beschikken dat bij contact met de onderzijde
van de deur wordt geactiveerd), zie pagina 46.
Waarschuwingsplaatjes aanbrengen
Door oneigenlijk gebruik wordt de kans op
letsel verhoogd.
◆ Bevestig de waarschuwingstickers voor beknellings-
gevaar permanent op een goed zichtbare plaats of in
de nabijheid van alle geïnstalleerde besturingen.
◆ Bevestig de sticker voor handmatige ontgrendeling
permanent naast het bedieningselement.
◆ Breng alle waarschuwingstickers/-bordjes zodanig
aan, dat ze goed leesbaar zijn.
De deur gebruiksklaar maken
1.
Beweeg de deur zachtjes om de slee op zijn
plaats te laten komen.
2.
Steek de stekker in het stopcontact en
schakel de stroom in.
3.
Het licht gaat aan en de eenheid laat een
enkel geluidssignaal horen en het display
geeft cyclisch '0' weer.
Programmering
Opdat de volgende instellingen correct worden
opgeslagen en uitgevoerd, dient u een afslui-
tende programmering conform pagina 63
uit te voeren.
◆ Zorg ervoor dat de aandrijving na montage de openings-
beweging van de deur voorkomt of stopt wanneer de
deur met een massa van 20 kg is belast, die in het
midden op de onderzijde van de deur is bevestigd. Dit
geldt in het bijzonder voor aandrijvingen die met een
deur kunnen worden gebruikt die in de deurvleugel
openingen heeft met een diameter van meer dan
50 mm.
NL
57