OPMERKING: De bovenstaande procedure kan ook worden gebruikt
om de hoek van het zaagblad tot de tafel te controleren voor elke
45º afschuiningshoek links of rechts. De stelschroeven voor de 45°
afschuining (33 en 34) bevinden zich tegenovergestelde zijde van de zaag
arm. U hebt een 13 mm moersleutel of een bahco (niet inbegrepen) nodig
voor de vergrendelingsmoer (afb. X) en de 6 mm inbussleutel voor de
stelschroeven (afb. Y).
X
NL
De geleider haaks op de tafel stellen
1. Zorg ervoor dat de stekker uit het stopcontact is gehaald.
2. Duw de zaag arm (5) naar beneden naar de laagste positie en gebruik de
vrijgaveknop (6) om de zaag in de verplaatspositie te houden.
3. Maak de verstekvergrendeling (25) los.
4. Draai de tafel (21) tot de wijzer op 0° staat.
5. Zet de verstekvergrendeling (25) vast.
6. Draai de zeskantige schroef
die het bovendeel van de
rechtergeleider vasthoudt, met
behulp van de 6 mm inbussleutel
los en verwijder het bovendeel
(afb. Z).
7. Draai de vier schroeven die de
geleider (19) op het voetstuk
vastzetten met de meegeleverde 6
mm inbussleutel los (afb. a).
a
Y
Z
b
8. Plaats een winkelhaak tegen de geleider (19) en langs het zaagblad (afb.
b).
9. Stel de geleider (19) zo in dat deze haaks op het zaagblad staat.
10. Zet de schroeven die de geleider (19) vasthouden vast.
11. Maak de kruiskopschroef die de pijl van de verstekschaal (22) vasthoudt
los en stel deze zo in dat hij nauwkeurig de nul op de verstekschaal
aangeeft (afb. c).
12. Zet de schroef die de
verstekschaalpijl vasthoudt weer
vast.
13. Plaats het bovendeel van de
geleider weer terug en zet het vast
met de zeskantige schroef. Gebruik
hiervoor de 6 mm inbussleutel.
Gebruiksinstructies
BELANGRIJK: Draag bij het gebruiken
van deze zaag te allen tijde de
benodigde veiligheidsuitrusting. Zie
'Veiligheid' sectie voor meer informatie.
In- en uitschakelen
• Om de zaag in te schakelen, houdt
u de aan-/uit trekker schakelaar (24)
ingedrukt (afb. d).
• Om de zaag uit te schakelen laat u de
aan-/uit trekker schakelaar (24) los.
Het gebruik van het
lasersysteem
De laserlijngenerator zendt 2 intense,
smalle stralen puur rood licht uit om u
te leiden bij het zagen. Degene die de machine bedient, heeft een beter
zicht op het zagen en kan het werk sneller opstellen. Daarnaast wordt de
nauwkeurigheid verhoogd en de veiligheid verbeterd.
WAARSCHUWING
• Kijk niet rechtstreeks in de laserstraal.
• Richt de laserstraal nooit op een persoon of op een object anders dan
het werkstuk.
• Richt de laser niet op reflecterende materialen, deze kunnen de straal
terug naar de gebruiken weerkaatsen
• Vergeet de laser (2) uit te schakelen wanneer uw werk voltooid is. Zet
de laserstraal alleen aan als het werkstuk zich op de verstekzaagtafel
bevindt.
1. Markeer de zaag lijn op het werkstuk.
2. Stel de gewenste verstekhoek en afschuining van de zaagsnede in.
3. Schakel het laserlicht in met door de aan-/uitschakelaar (2) in te
drukken (afb. e).
30
c
d