TEC40D EV
9.2
Generator bevestigen
Instructies voor de montageplaats
• Zorg ervoor dat geen brandbare voorwerpen in de buurt van de uitlaatpijp of de
ventilatielamellen zijn opgeslagen of gemonteerd. De afstand dient minstens 70
cm te bedragen.
• Let om veiligheidsredenen bij de montage van de generator (bij het boren en
schroeven enz.) op het verloop van aanwezige, met name onzichtbare kabel-
strengen, leidingen en andere componenten die zich in het montagebereik
bevinden!
• Laat minstens 70 mm vrij tussen de kap van de generator en de omliggende
delen zodat voldoende plaats voor het doorstromen van de koellucht blijft.
• Voor de montage moet u een tegen het voertuiginterieur afgedichte ruimte voor-
bereiden die u ook tegen geluid kunt isoleren.
Breng op de bodem en voor de generatorklep uitlaatopeningen aan (zie monta-
gesjabloon).
➤ Breng de afdichtingen (als toebehoren verkrijgbaar) aan en schroef deze vast op
de behuizing (afb. 3, pagina 4).
➤ Positioneer de behuizing in het vastgelegde bereik en schroef deze vast
(afb. 4, pagina 4).
➤ Zet de generator in de behuizing en schroef deze vast (afb. 5, pagina 4).
➤ Monteer de klep en bevestig deze met de stiften (afb. 6, pagina 4).
9.3
Uitlaatgasleiding bevestigen
Neem de volgende aanwijzingen bij het plaatsen van de uitlaatgasleidingen in acht:
• Vermijd scherpe bochten die de stroom van de uitlaatgassen hinderen.
➤ Verbind de slang (afb. 7 2, pagina 5) met de geluiddemper (afb. 7 1,
pagina 5) en bevestig deze met klemmen (afb. 7 4, pagina 5)
➤ Bevestig de verlenging van de afvoergasleiding (afb. 7 3, pagina 5).
NL
Montage
95