Druk kort op de toets basisinstellingen 4 om de ver-
schillende menupunten te kiezen.
Druk op de mintoets 5 of de plustoets 11 om de in-
stelling binnen de menupunten te kiezen.
Als u het menu „Basisinstellingen" wilt verlaten,
drukt u op de toets meting 2.
Basisinstellingen
Geluidssignaal
Displayverlichting
Digitale libel
Displayrotatie
Permanente laserstraal
Afstandseenheid (ver-
schilt per land)
Hoekeenheid
Behalve de instelling „permanente laserstraal" blij-
ven na het uitschakelen alle basisinstellingen be-
waard.
Permanente laserstraal
Richt de laserstraal niet op personen of dieren
en kijk zelf niet in de laserstraal, ook niet vanaf
een grote afstand.
De laserstraal blijft in deze instelling ook tussen de
metingen ingeschakeld. Voor de meting hoeft u de
toets Meten 2 slechts éénmaal kort in te drukken.
Meetfuncties
Eenvoudige lengtemeting
Druk voor lengtemetingen zo vaak op de toets 12
totdat in het display de indicatie voor lengtemeting
verschijnt.
108 | Nederlands
Bij meer lengtemetingen achter elkaar worden de
resultaten van de laatste metingen in de meetwaar-
deregels a weergegeven.
Aan
Oppervlaktemeting
Druk voor oppervlaktemetingen zo vaak op de
Uit
toets 12 tot in het display de indicatie voor opper-
vlaktemeting
Meet vervolgens lengte en breedte na elkaar, net
Aan
als bij een lengtemeting. Tussen de beide metin-
gen blijft de laserstraal ingeschakeld.
Uit
Automatisch
aan/uit
Aan
Uit
Inhoudsmeting
Druk voor inhoudsmetingen zo vaak op de toets 12
tot in het display de indicatie voor inhoudsmeting
Aan
Meet vervolgens lengte, breedte en hoogte na el-
kaar, net als bij een lengtemeting. Tussen de drie
metingen blijft de laserstraal ingeschakeld.
Uit
Aan
Uit
Waarden boven 999999 m
weergegeven. In het display verschijnt „ERROR".
m, ft, inch, ...
Verdeel de te meten inhoud in verschillende metin-
gen, waarvan u de waarden apart berekent en ver-
° , %, mm/m
volgens optelt.
Duurmeting / Minimum- en maximummeting
(zie afbeelding B)
Bij de duurmeting kan het meetgereedschap rela-
tief ten opzichte van het doel worden verplaatst,
waarbij de meetwaarde ongeveer elke 0,5 secon-
den wordt geactualiseerd. U kunt zich zich bijvoor-
beeld van een muur verwijderen tot aan de ge-
wenste afstand. De actuele afstand is steeds
afleesbaar.
Druk voor duurmetingen op de toets functiewisse-
ling 4 tot in het display de indicatie
ting verschijnt. Druk voor het starten van de duur-
meting op de toets meten 2.
De minimummeting dient voor de bepaling van de
kortste afstand vanuit een vast referentiepunt. Bij-
voorbeeld ter ondersteuning van de bepaling van
verticale en horizontale lijnen.
Druk voor het inschakelen van de
laser en voor het meten telkens
eenmaal kort op de toets meten 2.
De meetwaarde wordt in de resul-
taatregel c weergegeven.
verschijnt.
Na afsluiting van de tweede meting
wordt de oppervlakte automatisch
berekend en in de resultaatregel c
weergegeven. De afzonderlijke
meetwaarden staan in de meet-
waarderegels a.
verschijnt.
Na afsluiting van de derde meting
wordt de inhoud automatisch bere-
kend en in de resultaatregel c
weergegeven. De afzonderlijke
meetwaarden staan in de meet-
waarderegels a.
3
kunnen niet worden
voor duurme-
2 609 141 101 • 23.7.13