SAMENSTELLING VAN DE VENTILATOR
INSTALLATIE
1.
Plaats de behuizing van de motor (11) op het voetstuk (12).
2.
Draai de bevestingsschroef voor de motor behuizing (14) vast tegen de hiervoor bestemde locatie (15).
3.
Draai aan de andere kant de verstelbare kantelknop (13) vast in het voetstuk.
4.
Plaats de draagbout (17) in het gat onder de verstelbare kantelknop (13).
5.
Monteer de draagknop voor de motor behuizing (16) vast op de draagbout (17).
6.
Plaats de achterste beschermingskap (6) met het handvat (7) naar boven over de motoras (8) en schroef deze
vast aan de behuizing van de motor met behulp van de 4 schroeven (5).
7.
Schuif de ventilatorbladen (3) over de motoras (8) en bevestig deze aan de motoras met behulp van de
bevestigingsschroef (4).
8.
Draai de vleugeltjes van de voorste beschermkap (1) naar buiten en hang de beschermkap over de rand van
de achterste beschermkap. Zorg ervoor dat de opening aan de onderzijde van de voorste beschermingskap (2)
tegen de opening aan de onderzijde van de achterste beschermingskap is gepositioneerd.
9.
Steek het schroefje aan de onderkant door beide openingen van de beschermingskappen (2) en maak deze
aan elkaar vast met behulp van het moertje.
10.
Sluit tot slot de vleugeltjes om beide beschermkappen.
GEBRUIKSAANWIJZINGEN
1.
Plaats de ventilator op een vlakke ondergrond.
2.
Check of het voltage overeenkomt met wat er op de productsticker staat beschreven.
3.
Plaats de stekker in het stopcontact.
4.
Draai aan de knop (9) om de ventilator te activeren en de luchtstroom snelheden in te stellen.
Stand I is voor een lage luchtstroom
Stand II is voor een gemiddelde luchtstroom
Stand III is voor een hoge luchtstroom
5.
Draai de knop naar stand '0' om de ventilator uit te zetten.
6.
De ventilator draait automatisch van links naar rechts. Als u de stand vast wilt zetten, druk dan op de
oscillatie knop (10) aan de achterzijde op de ventilator. De ventilator blijft dan in deze positie staan.
Als u de ventilator weer automatisch wilt laten oscilleren, trekt u de knop (10) omhoog.
7.
U kunt de ventilatorkop kantelen door de kantelknop (13) los te draaien en weer vast te draaien in de
gewenste kantel positie.
8.
Als u de ventilator niet gebruikt, dient u de stekker uit het stopcontact te halen. Zorg ervoor dat de
ventilator helemaal uitstaat voor u de dit doet.
1. Voorste beschermingskap
2. Locatie bevestigingsschroef beschermingskappen
3. Ventilatorbladen
4. Bevestigingsschroef ventilatorblad
5. Bevestigingsschroeven achterste beschermingskap
6. Achterste beschermingskap
7. Draaghandvat
8. Motoras
9. Draaiknop instellen snelheden
10. Oscillatie knop
11. Behuizing van de motor
12. Voetstuk
13. Verstelbare kantelknop
14. Bevestigingsschroef motor behuizing
15. Locatie voor bevestigingsschroef motor behuizing
16. Draagknop motor behuizing
17. Draagbout
4