Stoorgeluiden treden op:
•
Slechte massaverbinding van de massakabel, eventuele roest of verf van de contactvlakken verwijderen.
•
De massapunt van de autoradio en de versterker liggen niet op hetzelfde potentiaal, verschillende massapunten
proberen.
•
De kabels van de eindtrap liggen te dicht bij de kabels voor het ontstekingsmechanisme van het voertuig.
•
Het ontstekingsmechanisme is niet ontstoord.
•
De kabels van de versterker liggen te dicht bij de kabels van de voedingsspanning.
De versterker schakelt gedurende het bedrijf aan en uit:
•
Slecht massacontact van de massa-aansluitkabel, aansluitpunt van de kabel of batterijcontact gecorrodeerd.
•
Te geringe spanning aan aansluiting B+ van het aansluitterminal voor de stroomverzorging (14), aansluitpunt van
de kabel of batterijcontact gecorrodeerd, te zwakke batterij.
•
Loszittend contact aan de remote-leiding, aansluiting REMOTE van het aansluitterminal voor de stroomverzorging
(14) heeft loszittend contact of is gecorrodeerd.
De weergave vindt plaats zonder basgeluid:
•
Een satelliet-luidspreker is met verkeerde polariteit aangesloten.
•
De bas-regelaar op de autoradio staat op minimum.
•
Het actieve filter is verkeerd ingesteld.
De weergave geschiedt zonder middel-hoogtoonaandeel:
•
Het actieve filter is verkeerd ingesteld.
•
De hogetonenregelaar op de autoradio staat op minimum.
Andere reparaties dan hierboven beschreven, mogen uitsluitend door een erkend vakman
worden uitgevoerd.
15. Afvoer
Het product dient aan het einde van de levensduur volgens de geldende wettelijke voorschriften te
worden verwijderd.
80