Wateraansluiting
Let op!
De aanwezige kraan mag niet verkalkt zijn.
Vet de schroefdraden niet in!
Info: bij de klantenservice is een vervanging voor bescha-
digde schroefdraadaansluitingen verkrijgbaar.
Laaggeplaatste apparaten DO05705,
IV.
DO05755K, DO3170D5, DO3175D5 en
DO05705CH
Monteer indien nodig de kranenset (A1 en A2).
Breng de pakking aan (B1).
Let op de rechte plaatsing van de aansluitleidingen in de
aansluitstukken.
Zet de wartelmoer (B2) recht op schroefdraad en draai
deze met de hand vast.
Draai de schroefverbindingen vast (C). Houd de schroef-
aansluitingen op de boiler met een schroefsleutel
tegen.
Draai de schroefverbindingen na een paar verwarmings-
cycli opnieuw vast.
V.
Hooggeplaatste apparaten DO05805,
DO05855, DO3185D5 en DO05805CH
Monteer indien nodig de kranenset (D1 tot D3).
Breng de aansluitleidingen naar de mengkraan samen
met de pakking aan (E). Let op de rechte plaatsing van de
aansluitleidingen in de aansluitstukken.
Plaats de pakkingen op de verbindingsleiding (F1).
Hang het apparaat op (G).
Zet de wartelmoer (F2) recht op schroefdraad en draai
deze met de hand vast.
Draai de schroefverbindingen vast (H1 en H2). Houd de
schroefaansluitingen op de boiler met een schroefsleutel
tegen (H1).
30
nl
Eerste ingebruikname
Elektrische aansluiting
Belangrijk: steek de stekker nog niet in het stopcontact!
Vul het apparaat helemaal met water, het water moet uit
de kraan lopen.
Steek de stekker er weer in.
Opmerking: bij een niet met water gevulde apparaat rea-
geert de inschakelbare veiligheidstemperatuurbegrenzer!
Controleer het verwarmingsproces
Draai de draaiknop op „III" (ca. 85 °C).
Houd het opwarmen in de gaten totdat het controlelamp-
je na ongeveer 12 ‒ 18 minuten dooft.
Controleer de temperatuur.
Let op: heeft de veiligheidstemperatuur de kleine boiler
uitgeschakeld, trek dan de stekker uit het stopcontact,
open de warmwaterkraan en laat ongeveer 4 liter water
doorstromen, steek vervolgens de stekker weer in het
stopcontact.
Het apparaat is nu weer klaar voor gebruik.
Watertemperatuur begrenzen
De uitlaattemperatuur van de kleine boiler kan mecha-
nisch worden begrensd tot stand „I" (ca. 38 °C) of stand „e"
(ca. 60 °C) (zie „Bediening" op pagina 32).
Energie besparen
Om energie te besparen, zet u de draaiknop op „e".
Overhandig de gebruiker de montage- en gebruikshand-
leiding en geef uitleg bij het apparaat.